woensdag 22 augustus 2012

Tradities


Tradities, die zijn er om in ere te houden. Maar sommige tradities, daar wil je eigenlijk zo gauw mogelijk vanaf. Bijvoorbeeld de traditie dat het op de Top of Holland-vogeldag, jaarlijks rond half mei, altijd koud is, altijd hard waait en nooit helemaal droog is. Altijd van dat weer dat je denkt, voor januari zou het wel aardig zijn. Op zijn best. Op de Top of Holland-vogeldag voelt het aan alsof het hartje winter is. Zo ook dit keer, op mijn derde Top of Holland-vogeldag: een snoeiharde noordenwind maakte het novemberwaardig. Wist je niet beter, keek je niet naar de bloeiende meidoorns en het fluitenkruid en hoorde je niet de tuinfluiters en de wielewalen, dan zou je je hartje winter kunnen wanen. Het is een traditie inmiddels. Maar graag maken we daar een eind aan: graag volgend jaar eens een rustige, windstille en warme lentedag.

Ziezo, dat is alvast één kapstok om een verhaal over de Top of Holland-vogeldag aan op te hangen. Een ander haakje: morinellen. Alle drie de keren dat ik tot nu toe deelnam, speurde ik de voorafgaande dagen het web af op zoek naar leuke soorten in de Top of Holland, en alle drie de keren was er op de voorafgaande dagen geen sprake van morinelplevieren. Helaas, want vooral op mijn eerste Top of Holland-vogeldag stond die erg hoog op mijn verlanglijstje.
Maar alle drie de keren werden ze juist op de Top of Holland-vogeldag gevonden. Twee jaar terug waren ze fantastisch, prachtig dichtbij op de kale akker. Vorig jaar waren ze prima: het waren er heel wat meer maar ze zaten er iets minder mooi bij. Dit jaren waren het verre vlekjes. Deze afnemende trend werd één moment verstoord, toen twee vogels naar ons toe kwamen vliegen en even voor ons in de dichtst bijzijnde akker gingen zitten. Even waren ze mooi, maar al gauw vlogen ze weer op en waren ze weer verre vlekjes.
Maar nog elk jaar tot nu toe werden er dus juist op de Top of Holland-vogeldag morinelplevieren ontdekt. Alsof ze die beesten dagen lang koud zetten, verborgen voor gewone stervelingen, om ons op de dag zelf te verrassen met een traditioneel en bijzonder smakelijk gerecht. Een traditie overigens, die wat mij betreft in stand mag blijven.

De mooiste traditie van de Top of Holland-vogeldag is natuurlijk dat je met in ons geval vier mensen een volle dag lang volledig toegewijd bent aan vogels kijken. Met Ben en met Vincent zoals ook de afgelopen jaren, en met een gastoptreden van Jarinka die me als ‘groentje’ vrijdagavond fijntjes het verschil tussen man en vrouw koekoek wist uit te leggen. Waarvoor nog dank. Om 6 uur ’s ochtends stonden we op de waddendijk bij de Noordkaap, om 9 uur ’s avonds reden we weg bij de Ezumakeeg. Toen Ben na het eten in Schierzicht voorstelde nog even bij de Keeg langs te gaan voor we weer naar het zuiden zouden vertrekken, dachten we allemaal hetzelfde: ‘kijk, that’s the spirit’ of andere woorden van gelijke strekking. Want we waren met mensen die vanavond niet op tijd thuis wilden zijn omdat ze nog een afspraak hadden of nog zoveel wilden doen maar die vandaag niets liever wilden dan zo veel mogelijk tijd wijden aan het kijken naar vogels. Ook al zou dat ons inmiddels geen hoofdprijs meer opleveren want de tijd was om. Wel nog een prachtige kijk op de Keeg in avondlicht, met ineens een heleboel kleine strandlopers, nog één keer een mooie temmincks en drie krombekstrandlopers. Die laatste hadden er twee uur eerder nog niet gezeten.

Dan de wapenfeiten. Opnieuw hebben we de hoofdprijs niet gewonnen. Maar dat geldt voor de meesten. We hebben opnieuw vooral meegelift op de vondsten van anderen. De mooiste was ongetwijfeld de woestijnplevier die al vroeg in de ochtend ontdekt werd op de Punt van Reide. Tot ons geluk, want wij waren in het oosten begonnen en waren ten tijde van de melding nog in de buurt. Dus we konden zo aanschuiven en genieten van een prachtig afgeragde vogel met gesleten veren die uit zijn pak hingen maar wel al met een mooie zacht oranjeachtige borst, en wel op amper tien meter afstand vlak beneden de dijk. Hoe dan ook een prachtige soort en de hoofdprijs was daarmee al wel vergeven. Andere mooie vondsten waren de poelruiter, op het eind van de dag op de hoogwatervluchtplaats langs de waddendijk aan de kustweg, en de zwarte rotgans in de Anjumer en Lioesenserpolder, die zich overigens maar moeizaam liet zien. Kleine en temmincks strandloper en steltkluut in de Ezumakeeg hadden we natuurlijk ook voor het opvegen, al viel dat bij de laatste twee aanvankelijk nog tegen.
Zelf vonden we een mannetje grauwe kiekendief jagend boven de akker. We zullen de enige niet geweest zijn, en wat is eigenlijk een eigen vondst? Het voorkomen van grauwe kiek in de streek is al lang bekend. Min of meer eigen vondsten waren ook de dwergsterns, tot twee keer toe: eerst twee langs vliegend in het Jaap Deensgat, en daarna kort ter plaatse in de noordelijke Keeg. De Engelse kwikstaart bij de hut in het Jaap Deensgat werd ons ook niet aangewezen. Maar uniek zullen we met deze vondsten niet geweest zijn, en punten waren ze sowieso niet waard. Ze waren er niet minder mooi om, en de dag was er niet minder aangenaam om. Uiteindelijk, oh wat een gedrocht van een cliché om mee te eindigen, uiteindelijk waren we natuurlijk allemaal winnaars.

12 mei 2012


Top of Holland 2015

Geen opmerkingen:

Een reactie posten