woensdag 15 januari 2025

Wat een soort!

Wat een soort! riepen ook (of juist!) de meest gelouterde twitchers om me heen, gepokt en gemazeld, alles al meegemaakt maar wat een soort! Ja, niet te geloven, wat een soort.
Het zijn redelijk krankzinnige tijden, momenteel. Nog niet zo heel lang geleden klaagden ‘we’ tegen elkaar dat het zo tam was, wat zeldzame vogels betreft, al weken, nee, al maanden lang. In arren moede twitchte ik dan maar een paar veredelde kippen bij Nijverdal, een amerikaanse smient bij Haarlem, wat uiteraard mislukte, en een paar grauwe gorzen in Limburg, idem. Want er moet wel getwitcht worden natuurlijk. En ging intussen mijn eigen gangetje, vogelenderwijs, wat ook al niets noemenswaardigs opleverde. En zie nu: het nieuwe jaar is amper begonnen en we komen om in de extreme zeldzaamheden. Vorig weekend pacifische parelduiker, afgelopen weekend geelsnavelduiker en nu de overtreffende trap van dit alles: brileider.
Toen de eerste meldingen doorkwamen dacht ik trouwens een brilzee-eend langs te hebben zien komen. Ik vond het enthousiasme dat van internet spatte dan ook wat overdreven, ik had voorlopig geen haast. Totdat ik me realiseerde dat het niet een brilzee-eend betrof, maar een brileider. Dat was andere koek. Nieuwe soort voor Nederland (alweer een) maar dat niet alleen: volgens velen de beste soort in Nederland ooit. Met een onderbouwing die ik niet zo gemakkelijk kan weerleggen: broedt langs de kusten van Alaska en oost Siberiƫ en overwintert tussen het pakijs in de Beringzee. Een mythische soort die ook voor de meest fervente wereldreiziger vrijwel onbereikbaar is. In Europa amper een handvol gevallen, rond Spitsbergen en in het uiterste noorden van Noorwegen. Komt eigenlijk nooit onder de poolcirkel, maar gisteren werd er eentje gevonden langs de waddenkust van Texel. Tot ongeloof van velen en toen dat ongeloof eenmaal bezweken was onder de onweerlegbare feiten, tot een enthousiasme dat van internet afspatte. Wat een droomsoort! Hoe komt zoiets hier terecht? In een mum van tijd stroomde de Waddendijk bij het Wagejot vol met vogelaars; meer dan 150 voerden de soort nog diezelfde dag in op Waarneming.nl. De minder gelukkigen baden tot god of de duivel dat-ie er vandaag nog zitten zou.

Dat was gisteren. Zelf stond ik vanochtend te wachten op de boot van half 10 toen de bevrijdende piep kwam: hij zat er nog. Een gevoel van rust daalde op ons neer want wat kon er nog mis gaan? Tegelijkertijd was ook enige haast geboden want wat kon er allemaal niet misgaan? Eenmaal op Texel snelde ik, met windje schuin achter, door ’t Horntje, door Oudeschild, langs de Ottersaat en langs Nieuw Diepenheim richting Wagejot, schoot bij de IJzeren Kaap de dijk over en zag ze al gauw staan, met honderd of meer turend door hun telescopen. Bij een van hen mocht ik snel even door de scoop kijken en wat gisteren om deze tijd nog ondenkbaar was, was realiteit geworden: ik had een brileider gezien op de Waddenzee bij Texel! Wat een soort! verzuchtte ik, niet te geloven, wat een soort.
De rest laat zich raden.

14 januari 2025


Meer twitchen: Stukjes griel

Mijn weblogkasteel




Geen opmerkingen:

Een reactie posten