Onze eerste dag Glenn Nevis. De ontdekking van de dag maar meteen: we hebben hier, naast bonte, ook zwarte kraaien! En hoewel de meeste daarvan sporen vertonen van bont bloed, moet er dus ook zwart bloed aanwezig zijn.
's Ochtends vroeg een stralende lucht (! al dagenlang wordt voor morgen grijs en regen voorspeld), prachtige zichten op de omringende bergen, vanochtend scherp afgetekend tegen de heldere hemel, en een korte verkenning van de nabije omgeving. Tegenover ons zien we ze met honderden de Ben Nevis bestijgen, met 1345 meter de hoogste berg van de Britse eilanden, inclusief Ierland. De beklimming is populair: jaarlijks wandelen 100.000 mensen naar de top. Die top bevindt zich gemiddeld 355 dagen per jaar in de wolken, er valt daar jaarlijks gemiddeld 4350 mm neerslag, dus dat wij die top stralend tegen de blauwe lucht zagen afsteken, kan als een groot voorrecht beschouwd worden. Die wandeling is overigens geen kinderspel: de weersomstandigheden kostten bijvoorbeeld tussen 1990 en 1995 zeker dertien mensenlevens. Ja, dat is alweer een tijdje geleden maar ik heb nog geen aanwijzingen dat het er in recenter jaren veel veiliger is. Wij beperken ons dan maar tot het fraaie uitzicht op de berg van beneden af, waar je vanaf de berg zelf niets van meekrijgt. Een dag lang afzien om Ben Nevis van je bucketlist te kunnen afstrepen, met alle risico's van dien, het is niet mijn ding en het lijkt me ook niet de plezierigste besteding van onze beperkte tijd op ons vakantieresort.
Daarna een wandeling over de onderkant van onze berghellingen naar Fort William, een korte verkenning van het stadje, wat mij nog best meeviel (leuk centraal perkje met standbeelden en twee kerkjes, leuk winkelstraatje en mooi uitzicht op een van Schotlands Lochs), en boodschappen, altijd weer de eeuwige boodschappen, daar komt geen einde aan. En tenslotte in mijn eentje een magistrale wandeling hoog de bergen in. Telkens een andere blik op deels dezelfde en deels weer nieuwe bergen, de omgeving steeds hoger, steeds dieper, steeds ruiger en steeds leger, de echte hooglanden ineens vlakbij, om en om zon en buitjes en eindigend op een hoog plateau diep in het bergland, een historische plek waar in vergeten tijden een heus fort zou hebben gestaan. Het enige wat daar nog van was terug te vinden, was een oude stenen trap die in de helling was aangebracht.
Soort van de dag: de kruisbek die over het park vloog. Spannend, want dat zou hier natuurlijk best een schotse geweest kunnen zijn. Roep klopte aardig maar ja, gewone kruisbek schijnt hier ook wel voor te kunnen komen en dan is roep niet genoeg.
Daarna een wandeling over de onderkant van onze berghellingen naar Fort William, een korte verkenning van het stadje, wat mij nog best meeviel (leuk centraal perkje met standbeelden en twee kerkjes, leuk winkelstraatje en mooi uitzicht op een van Schotlands Lochs), en boodschappen, altijd weer de eeuwige boodschappen, daar komt geen einde aan. En tenslotte in mijn eentje een magistrale wandeling hoog de bergen in. Telkens een andere blik op deels dezelfde en deels weer nieuwe bergen, de omgeving steeds hoger, steeds dieper, steeds ruiger en steeds leger, de echte hooglanden ineens vlakbij, om en om zon en buitjes en eindigend op een hoog plateau diep in het bergland, een historische plek waar in vergeten tijden een heus fort zou hebben gestaan. Het enige wat daar nog van was terug te vinden, was een oude stenen trap die in de helling was aangebracht.
Soort van de dag: de kruisbek die over het park vloog. Spannend, want dat zou hier natuurlijk best een schotse geweest kunnen zijn. Roep klopte aardig maar ja, gewone kruisbek schijnt hier ook wel voor te kunnen komen en dan is roep niet genoeg.
20 augustus 2019
Geen opmerkingen:
Een reactie posten