Het prachtige nazomerweer bood prima gelegenheid om op Texel even gauw enkele zure dips en dipjes van de afgelopen weken te doen vergeten. Rode wouw, visarend, draaihals, bruine gent, allemaal geen halszaak natuurlijk (daar zitten wel een paar inkoppertjes bij die ik toch nog even zou willen inkoppen, zoals: bruine gent geen halszaak???? en natuurlijk: draaihals geen halszaak?), maar Texel zou toch een einde aan deze lichte vorm van misère moeten kunnen maken. In de eerste plaats moest daartoe blonde ruiter worden ingekopt. Alweer een inkoppertje dus. Dat was althans de gedachte. Want al weken aanwezig in Zandkes, halverwege het eiland tussen de oude en de nieuwe Waddendijk. Maar ja, helaas juist vandaag onvindbaar. Vanmorgen anderhalf uur aan besteed en vanmiddag nog eens een half uur. Wel aardig wat kemphanen in het bonkige grasland achter de nieuwe dijk die men driftig bezig is klimaatbestendig te maken, daaronder ook een paar verraderlijke lookalikes, maar de ware zat er niet tussen.
Tweede keus voor vandaag was de roze spreeuw op de kop van het eiland. Een flinke groep spreeuwen was bij aankomst aanwezig in struweel zo’n beetje aan de voet van de vuurtoren. Daar kon-ie best tussen zitten maar de meeste zaten diep verscholen in het kreupelhout. Hadden het daar veel te goed, veronderstelde een mede-vogelaar. Slechts enkele waren af en toe zichtbaar in de top van het struikgewas en daar zat de roze (die overigens niet roze was want een juveniele vogel) toevallig net niet tussen. Later, teruggekeerd na een betrekkelijk vruchteloos rondje door de Tuintjes, zaten er ineens heel wat meer spreeuwen in beeld, lekker in het zonnetje. Maar net toen we er eens goed voor wilden gaan zitten, vloog de hele groep op en verdween richting Robbenjager. Naar het meertje ten zuidoosten van de camping, was de veronderstelling. Nou moest ik toch die kant op, dus toch nog maar een poging gedaan om de dag, nee, om het weekend te redden. Op het uitzichtduin aangekomen zag ik de groep spreeuwen tegenover me krioelen in de bosjes en in het grasland aan de overkant van de plas. Heel wat waren er nu vrij zichtbaar maar dat maakte het nog niet direct tot een eenvoudige opgave. Spreeuw na spreeuw nam ik in de telescoop, soms wel met tien tegelijk, vruchteloos, nog immer vruchteloos, en toen ineens had ik hem! Een beige-bruinig, beetje thee-met-melkkleurig gevalletje vertoonde zich aan de buitenkant van het struikgewas. Eerst wist ik niet eens zeker of het wel een spreeuw was waar ik naar stond te kijken, al meende ik wel geel aan de snavel te zien. Maar na een tijdje ging-ie verzitten en begon te foerageren en toen was het wel duidelijk: een mooie juveniele roze spreeuw bespaarde me op het nippertje een compleet sofweekend. Het was pas mijn zesde ooit, dus laat ik maar niet meer klagen.
3 september 2017
Geen opmerkingen:
Een reactie posten