Twee werelden, ja het is een klassiek concept maar ook hier: twee werelden. Aan de ene kant de Waddenkust, die zelf trouwens ook weer, zelfs in tweeërlei zin, uit meerdere werelden bestaat. Er is hier in Norddeich het evenementengebeuren met mensenmenigten, vliegerweide, kraampjes en podia, kunstmatige stranden en een boulevard met uitzichtplateau en trapjes naar het wad. En er is de rust en de pure natuur amper een kilometer verderop, met fraaie kwelders langs het wad. En er is natuurlijk het wad bij laagwater en het wad bij hoogwater, ook twee geheel verschillende werelden. Bij laagwater een uitgestrekte slikvlakte waar de ondergaande zon zo mooi op kan weerspiegelen, met slechts verspreid en meest ver weg wat groepjes vogels: wulpen, tureluurs, scholeksters, wat rosse grutto's, een paar regenwulpen en vooral kokmeeuwen. Heel vogelrijk is het er niet, veel minder vogelrijk dan ik het ken van de Nederlandse waddenkust. Zou dat ermee te maken kunnen hebben dat er relatief weinig Waddenzee is hier? Op sommige plekken is het nauwelijks twee kilometer naar Norderney. En weinig wad = weinig vogels. En bij hoogwater de zee die tegen het basalt aan klotst, met slechts een paar eiders op de golven en pakweg om de honderd meter een of twee oeverlopers, of soms drie, opvliegend van de dijkvoet af van de houten schotten die bij niet al te hoog water de Waddenzee hier in hoekige vlakken verdelen en bij hoogwater de dijk moeten beschermen tegen al te heftige golfslag. De tussenfase, opkomend of afgaand tij met vogels dichtbij op een smalle strook drooggevallen wad, maakte ik tot nu toe hier nog niet mee. Ik heb me daar het hoofd over gebroken. Het kan haast niet anders dan dat die fase maar kort duurt, dat het wad in no time vol of weer leeg loopt. Dat moet betekenen dat het wad hier heel vlak is, zodat een paar decimeter verhoging al zowat voldoende is om het hele wad te laten onderlopen. En bij laagwater zie je: dat klopt.
Daar tegenover staat die andere wereld: het binnenland. Het is een land van akkers en velden, van weilanden en graanakkers die er net niet zo schoon gestreken, net niet zo vlekkeloos uitzien als vaak bij ons, aaneengesmeed door stroken kreupelhout, boomlanen, snippertjes bos, half(?)natuurlijk waterloopjes soms met rijk begroeide oevers en een paar hoeves en boerenschuren, hier nog niet allemaal in gebruik als feriënwohnung. Hier heb je geelgors, af en toe kwartel en bruine kiekendief, en in de verte wouden van windmolens. Het is leeg hier, stil en wat dat betreft niet altijd zo heel anders dan het wad aan de andere kant van de dijk. Vanavond het gewenste, perfecte ommetje door dat landschap gevonden. Precies zoals hierboven beschreven, met daarbij nog de eerste invallende avondschemer.
Verder onder leiding van Esther de 'koeientocht' gemaakt, langs de Waddendijk heen en door de binnenlanden terug langs allerlei attractiepunten met informatiebordjes erbij, zoals een oude dijkdoorbraak, een plasje in het polderland of een boerenhoeve op een terp. Met Harriët naar het 'Natürstrand Hilgenriedersiel' gefietst, natuurgebied langs het wad een kilometer of 10 naar het oosten, met fraaie uitgestrekte kwelders. En met zijn allen naar Norden gefietst, onder andere naar het Teemuseum en onze inmiddels favoriete Konditorei. Alles bij zowat onafgebroken zonnig zomerweer, wat dat betreft treffen we het weer geweldig.
Intussen is het buitenfilmfestival naadloos overgegaan in het brandweerfestival, met reuzenrad en eetkraampjes, live muziek tot na middernacht, stoere brandweerwagens en spectaculaire demonstraties, maar is dat ook alweer beëindigd en is in ieder geval vanavond de rust weergekeerd.
Zondag 28 juli 2024
Verder met Norddeich 2024: Juist
Geen opmerkingen:
Een reactie posten