En gistermiddag met zijn drieën naar het kasteeltje van Lütetsburg geweest, uitgebreid de kasteeltuinen bezocht, klassiek Engels van stijl, en teruggefietst door het bos van Hagen en door het windmolenpark. Vooral dat laatste is een overweldigende ervaring. Al die windmolens, ze zijn zo enorm en zo massaal aanwezig.
Hoogtepunt van onze vakantie was misschien wel onze dagtocht naar Helgoland. Die hadden we aanvankelijk niet gepland maar een boottocht van twee en een half uur, deels over volle zee en langs een drukbevaren scheepvaartroute, bracht ons op deze parel ver op de Noordzee, met zijn kliffen als kathedralen, zijn rode gesteente dat loodrecht uit zee verrijst. Natuurlijk, het is allemaal reisgidsenheroïek; de vergezichten, het visuele spektakel van die kliffen als kathedralen die zich tot zowat 60 meter hoog uit de golven verheffen, en de Lange Anne die aan het eind van het eiland hoog uit zee verrijst en trouwens dreigt ooit bij een harde storm in zee te storten, ze zijn allemaal bekend, de plaatjes kun je overal terugvinden, op internet en in dure fotoboeken, en die paar foto's van ons voegen maar weinig toe, maar het is bijzonder om daar te staan, daar op dat eiland en uit te kijken op die kliffen, op de vogelkolonies op die kliffen, en over de oneindigheid van de zee in de diepte, al is het dan de Noordzee maar. Ja, vanaf vandaag kan ik zeggen: ik ben op Helgoland geweest. Ik probeer geen snob te zijn maar alleen dat is al de moeite waard.
Effe wat informatie: Helgoland meet 1,7 km² en telt 1.307 inwoners. Ooit werd het ingelijfd bij het Vikingrijk en in de tijd van de Hanze werd het vooral bekend als piratennest. In het iets recenter verleden is het eiland onderdeel geweest van Denemarken en van het Verenigd Koninkrijk, maar sinds 1890 is het Duits grondbezit. Dat kwam het eiland nog duur te staan want op 18 april 1945 voerden duizend vliegtuigen van de Royal Air Force een vernietigend bombardement uit, waarbij circa zevenduizend bommen werden afgeworpen waardoor het eiland onbewoonbaar werd en de bevolking moest worden geëvacueerd. Een flinke krater uit die tijd is nog zichtbaar langs het wandelpad over de kliffen. Tegenwoordig is Helgoland dankzij de ligging diep in de internationale wateren een belastingvrije zone. De winkeltjes naast de haven waar je relatief goedkoop luxe artikelen kunt kopen, vormen voor niet-vogelaars misschien wel de grootste attractie van het eiland. Al moet je het begrip ‘goedkoop’ wel met een korrel zout nemen, want je hoeft dan wel geen belasting te betalen, je betaalt fors voor de dure merken.
Tot zover Wikipedia. Het soortenspectrum bleef ook vandaag betrekkelijk modaal, de meest onverwachte soort vond ik nog de roek die ik vond in een groepje kraaien. Ik weet niet hoe bijzonder dat op Helgoland is maar ik had hem niet zien aankomen. Maar wat zou dat? Die jan van genten, die drieteenmeeuwen: fantastisch waren ze! Ze oogden als poedersuiker die over de kliffen was uitgestrooid.
Overal op de kliffen zaten de jan van genten op wat voor hun nesten moet doorgaan. Prachtige jan van genten in alle soorten en maten: adulten, juvenielen, af en toe een paar tweede of derde kalenderjaar en ook nog aardig wat pullen. Waar je maar keek jan van genten. Er waren plekken waar je zowat naast de broedende jan van genten stond en je ze over het hekje heen bijna had kunnen aaien. Wat overigens niet is aan te bevelen want daar zijn ze niet van gediend en hun snavels zijn vervaarlijke wapens. Met tientallen stonden we ernaar te kijken, het leek de dierentuin wel dus nee, de klassieke natuurbeleving zoals die in alle rust en eenzaamheid dient te worden gebezigd, was het bepaald niet. Maar voortdurend de jan van genten om ons heen, in die prachtige vluchten ook, weinig ter wereld is mooier dan dat en ik had het niet willen missen.
Het broedseizoen was voor de jannen duidelijk nog niet afgelopen. Ook de drieteenmeeuwen waren nog volop op de broedplaatsen. Minder prominent dan de jan van genten, minder in aantal en ook niet zo dichtbij, ze broeden verspreid wat lager op de rotsen, maar ook die waren het aanzien meer dan waard. Het zijn prachtige meeuwtjes en ze lieten zich geweldig zien.
De alken en de zeekoeten konden we niet meer vinden, behalve wat groepjes zeekoeten vanaf de boot op volle zee. Voor hen was het broedseizoen inmiddels voorbij. Maar dat mocht de pret niet drukken. Toen we na vier uur op het eiland weer aan boord stapten voor de terugtocht, hadden we iets meegemaakt dat we niet snel weer zouden vergeten. En dat is, zeg ik altijd maar, toch waar het om gaat op vakantie. En niet alleen op vakantie natuurlijk.
Vrijdag 2 augustus 2024
Verder met Norddeich 2024: Tot slot
Geen opmerkingen:
Een reactie posten