Zoetermeer
Er zijn wellicht mensen die sinds afgelopen woensdag op veertjes door het leven zweven, hoopvol uitziend naar wat de toekomst brengen gaat. Ik wens ze het allerbeste. Maar ik ben niet zo iemand. Ik ben meer iemand die het liefst zou wegkruipen in een heel diep holletje. En met de al vele weken aanhoudende meteorologische treurnis is dat misschien wel het op een na beste wat je doen kunt. Maar een zoveelste dag van wind en buien en de naweeën van een zware verkiezingskater, die vroegen om iets anders, die vroegen om een lekkere snack, om instant bevrediging, om een snelle sensatie om voor even al die dingen te vergeten die je zo graag vergeten zou. Waterspreeuw op de oever van de Zoetermeerse plas, dat leek me in dat kader de perfecte bestemming voor deze zure zaterdag. Paste ook prima tussen de buien door. Niet al te ver met de trein, geen verre fietstocht en daar stond ik, met alweer tientallen toegesnelde vogelaars, op de oever van de Zoetermeerse plas, de aankondiging van de eerste zware bui van de ochtend in de rug. Moest alleen waterspreeuw nog op komen dagen maar die liet het nog even afweten. Paar honderd meter langs de oever gezocht, grote gele kwikstaart, roodborst, geroep van waterral maar uiteindelijk moest ik toch op de plek zijn waar de vogel het laatste gezien was en het vaakst gezien wordt: op het strandje daar stonden de telescopen en de telelenzen gericht op een basaltdammetje verderop in het water. Waterspreeuw. Scharrelend langs de waterkant en prachtig in de telescoop. Steen voor steen bewoog hij zich tot aan het uiteinde van het dammetje, stond nog even te pronken op het laatste stuk basalt dat boven water stak en keerde toen om, om aan de achterkant van het dammetje weer terug te gaan. Voor zover wij wisten.
Het toetje was trouwens ook smakelijk. Verderop was het Prielenbos, een stukje broekbos met spichtige stammetjes en takkenbossen die uit zwarte poelen staken en knuppelpaadjes die ons over de nattigheid voerden. Erg fotogeniek. En best wat vogeltjes af en toe, alleen lukte het me maar zelden er een een beetje herkenbaar in beeld te krijgen. Alleen een winterkoninkje liet zich enige tijd mooi bekijken, wat natuurlijk wel een fijn cadeautje was. Maar toen een prachtige groep van tientallen barmsijzen. Er is een (tot nu toe) bescheiden invasie van grote barmsijzen gaande en het is altijd prettig van zo’n fenomeen iets mee te krijgen. Er zat ook nog minstens één kleine barmsijs tussen, en een vogel met opvallend witte en weinig getekende flanken en op het oog ongetekende witte onderstaartdekveren. Een aardige kandidaat witstuitbarmsijs, een zeldzaamheid, maar ja …
Toen ik genoeg gesnoept had om de wereld weer even aan te kunnen, ben ik maar weer omgekeerd.
25 november 2023
Geen opmerkingen:
Een reactie posten