Er is binnen de vogelwacht Utrecht momenteel een discussie gaande over vogelen en klimaat. Een terechte discussie, wat mij betreft, ik sta helemaal achter het idee om als vogelaar te proberen je klimaatafdruk tot een minimum te beperken, maar met vogelwacht Utrecht gingen we vandaag helemaal naar Friesland. Met de auto. Want het zou best een echte topdag kunnen worden daar, was de gedachte, met soorten die we in eigen omgeving vergeefs zullen zoeken. Wolf op een geheime plek bij Appelscha, de kwelder bij Peazens met alles erop en eraan en als er tijd over was misschien nog een afsluiting in de Onlanden, met kans op zwarte ibis en ruigpootbuizerd.
Het is hem niet helemaal geworden, die echte topdag, maar al met al kon ík er in ieder geval wel vrede mee hebben. Het weer was acceptabel, veel wind maar meest droog en in elk geval veel beter dan we hadden gevreesd, en de soort die ik mezelf vooraf als doel had gesteld voor deze excursie, kon worden binnengetikt. De wolf liet het afweten maar dat was niet helemaal onverwachts: wordt ook daar vaker niet dan wel gezien. Twee uur vergeefs staan wachten in een kille wind en af en toe nog wat miezervlagen. Maar het was een mooie plek, met verwilderde graslanden, wat flarden riet en een bosrand aan de overkant. Groep toendrarietganzen over, geluidjes van geelgors, kepen, grote lijster maar geen wolf. Na een uur of twee maar weer vertrokken.
Bij Peazens de kwelder op. Harde wind maar ook af en toe het vermoeden van zon. In het kleine Nederland wordt weleens gesproken van de ‘little five’ (of dat iets zegt over onze volksaard of over de wilde fauna in Nederland laat ik even in het midden): vijf karakteristieke soorten die ’s winters onze kwelders bevolken. Van drie daarvan, sneeuwgors, ijsgors en strandleeuwerik, geen spoor vandaag op de kwelder. Oeverpiepers waren er natuurlijk wel maar ja, die zijn er altijd. Maar juist de soort die ik dit jaar nog moest, voor zover je van moeten kunt spreken natuurlijk, juist de frater was wel van de partij. Al gauw zagen we een groepje putters rondhangen en toen die op een modderig stukje aan de grond kwamen, bleken er enkele fraaie fraters tussen te zitten. Enige tijd lieten die zich mooi zien. Daarna hebben we ze helaas alleen nog af en toe langs vliegend gehad.
Verder was het wel een beetje sprokkelen op de kwelder. We misten veel maar we hadden wel minimaal vijf blauwe kiekendieven, waaronder drie prachtige mannetjes, en in de ruigte hield zich een velduil schuil. Het was hard zoeken maar toen we hem eenmaal gevonden hadden en vijftig keer vergroot door de telescoop zagen, een plaatje. Die gele ogen, het was soms net of ze je aanstaarden. Een plaatje was ook die rosse grutto die prachtig vlak onder de dijk liep te foerageren. Voor de Onlanden was het inmiddels te laat. We sloten af met wat ganzen in de buurt wat, na een fraaie roodhalsgans eerder vanmiddag, nog twee zeldzame witbuikrotganzen opleverde.
Het was niet helemaal klimaatneutraal geweest wat we vandaag gedaan hebben, niet low carbon, maar voor een keertje mag dat wel vind ik. Volgende week ga ik weer netjes met trein en fiets.
10 december 2023
Geen opmerkingen:
Een reactie posten