Op hoop van zegen was ik in de trein gestapt. Na de melding van vanochtend kon ik natuurlijk niet anders: vorkstaartplevier teruggevonden op slikplaten in de Grensmaas tussen Borgharen en Itteren. Zou een nieuwe soort voor Nederland voor me zijn. Een met geschiedenis bovendien, een geschiedenis van vergeefse pogingen, op Texel en in Zeeuws Vlaanderen, terwijl ik toen er vorig jaar een gevonden werd bij Zoetermeer, in Duitsland zat. En dan was er nog afgelopen zondag, toen de vogel van vanochtend voor het eerst gemeld werd, net terwijl er geen treinen reden tussen Utrecht en Den Bosch. Wilde dus tot nu toe alsmaar niet lukken, maar ooit moest het goed komen. Dus stortte ik me maar weer in dat volmaakt zinloze circus van het twitchen. Het voelt af en toe wat ongemakkelijk maar ach, we doen niemand kwaad, en is het hele leven niet volmaakt zinloos?
Goed, ik was dus op weg naar hopelijk voor mij een nieuwe soort voor Nederland. Maar er kon nog zoveel gebeuren de komende uren. Het beestje was immers eergisteren ontdekt, nog diezelfde middag weer vertrokken en gistermiddag ineens weer teruggevonden. Kon dus ieder moment zomaar weer weg zijn. Maar ach, wat zou het ook: een dag in de prullenbak.
Zo zat ik me in de trein al heerlijk in te dekken, te wapenen tegen de treurigheid van een aanstaande dip, daar ben ik altijd goed in, maar zie: uren later stond ik gewoon in het wondermooie landschap van de Grensmaas tussen Borgharen en Itteren met zijn steppeachtige oeverlanden en zijn slikplaten in de rivier, vol met autobanden, emmertjes, winkelwagentjes en meer, te kijken naar een heuse vorkstaartplevier die stond te rusten op de grens van de groene uiterwaard en de grijze slikplaat in de Maas. Geruime tijd zat-ie prachtig dichtbij en waren vele details te onderscheiden. De helder rode snavelbasis, de fijn zwart omrandde geelachtige keel, grijsbruine bovendelen, witte buik: een prachtige volwassen vogel. Later zat-ie wat verder weg op het slik vlak langs de rivier, maar was daar wel veel actiever, rende soms over het strandje en vloog af en toe ook een stukje. Soms waren dan goed de rode ondervleugels en de witte achterrand te zien. Dat maakte de waarneming helemaal af: het belangrijkste onderscheid met zijn verwanten steppe- (zwarte ondervleugels) en oosterse (geen witte achterrand) vorkstaartplevier, allebei al eens gezien. Het was toch weer een perfecte twitch geworden: uit Utrecht vertrokken met het idee dat ik eigenlijk iets heel doms aan het doen was, om gelukkig en blij weer in Utrecht terug te keren met de gedachte: wat een goede beslissing heb ik vanmorgen genomen.
6 mei 2025
* Voor de niet-latinisten onder ons: we hebben een vorkstaartplevier!
Meer twitchen: Stukjes griel
Mijn weblogkasteel
Ha, mooi verhaal. Het mag eens meezitten...
BeantwoordenVerwijderen