Familieaangelegenheden waar ik overigens zelf niet direct bij betrokken was, brachten ons vandaag in Raamsdonksveer en in Geertruidenberg. Het was zo’n lekker dagje zomaar ergens waar in principe niets te beleven was maar waar dan meestal stiekem toch iets te beleven blijkt te zijn.
Raamsdonksveer bijvoorbeeld is als je er verder niets mee hebt niet bijzonder. We bekeken er enkele voorouderlijke woonhuizen die ook voor mij niet heel veel betekenis hadden, maar we vonden (nou ja, vonden, het werd ons aangewezen) er ook het oorlogsmonument van Anton Brejaart, destijds collega van de opa van HarriĆ«t op het gemeentehuis. Deze Anton Brejaart werd in de Tweede Wereldoorlog op kantoor voor de ogen van zijn collega's door een Duitse officier doodgeschoten. ‘Op 22 augustus 1944 laat waarnemend burgemeester De Jong de Duitsers schriftelijk weten geen arbeidskrachten aan te zullen wijzen voor de aanleg van verdedigingswerken bij Keizersveer. Een dag later komt de woedende Feldwebel (sergeantmajoor) Jozef Geesink verhaal halen op het gemeentehuis. In de hal treft hij Anton, die juist de kamer van de secretarie uitloopt met papieren voor een huwelijksaangifte. Met veel lawaai eist de Duitser van hem te vernemen waar hij de burgemeester kan vinden. Anton loopt de Duitser zonder te reageren voorbij; hij hoort hem niet door zijn slechthorendheid, of probeert hem te negeren. Zonder verdere discussie pakt Jozef Anton bij de arm, draait hem om en schiet hem door het voorhoofd.’ (Brabantsegesneuvelden.nl, Anton Brejaart, Breda,1889.) Het monument was niet erg bezienswaardig, maar het verhaal is wel een verhaal, al zijn er uit die tijd ongetwijfeld vele soortgelijke verhalen te vertellen. Een stukje oorlogsgeschiedenis, en ook een soort van stukje familiegeschiedenis, al was de familie natuurlijk maar zijdelings betrokken. Was dat anders geweest, dan had mijn wereld er heel anders uitgezien.
Even verderop was de grote kerk van Raamsdonksveer, die ook al een stukje oorlogsgeschiedenis vertegenwoordigt. De huidige kerk is een typisch geval van naoorlogse architectuur, niet onaardig maar zonder de grandeur die we bijvoorbeeld later vandaag aan de andere kant van de Donge aantroffen. De oorspronkelijke kerk is door de Duitsers aan het eind van de oorlog plat gebombardeerd. Na dat bombardement stond tussen het puin alleen het Mariabeeld uit de toren nog fier overeind. De foto daarvan verscheen in alle regionale kranten. Het zal voor velen destijds een krachtig godsbewijs zijn geweest. Zelf geloof ik niet zo in godsbewijzen.
Aan de andere kant van de Donge ziet de wereld er heel anders uit. Geertruidenberg is een prachtig, historisch vestingstadje. Vooral de langgerekte vismarkt is een juweel. Aan het ene uiteinde staat de imposante, eeuwenoude Geertruidskerk. Aan het andere uiteinde is de markt open en doemt daarachter de op een bepaalde manier evenzeer imposante koeltoren van de Amercentrale op. Zo’n tegenstelling, twee tijdperken, twee culturen, het onverenigbare als het ware verenigd, ik kan dat altijd wel waarderen.
Tenslotte langs de Amercentrale en langs een wirwar van elektriciteitsmasten en -leidingen naar de oever van de Amer gelopen, alwaar we ook nog even een stukje natuurbeleving ondergingen. Stenige kades, plantenwildernissen, de rivier die langs stroomt en aan de overkant de Biesbosch.
18 juli 2020
Niet bij vogels alleen: Aantallen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten