dinsdag 11 december 2018

Rhoon

Hij zat er al ruim een week maar hij had me nog niet erg kunnen motiveren: mogelijke oostelijke gele kwikstaart bij Rhoon. Een volledig grijs-met-witte gele kwikstaart, (vrijwel) zonder geeltinten en bovendien in december: natuurlijk erg verdacht maar het bewijst nog niks. En een verkeerd roepje, of op zijn best een roepje dat misschien nog net binnen de variatie van oostelijke valt, maar toch zeker ook binnen die van onze eigen gele kwikken? Zo wil je ze natuurlijk niet: eindelijk de eerste oostelijke gele kwikstaart voor Nederland, is het toevallig net die ene met een afwijkend, nogal westelijk klinkend roepje. Hoe toevallig wil je het hebben?
Uiteindelijk zal DNA de doorslag moeten geven, maar een soort die alleen met behulp van DNA met zekerheid is vast te stellen, daar ben ik niet zo dol op. Bovendien, als ik de deskundigen moet geloven is het nog maar zeer de vraag of dat wel gaat lukken. Het ligt nogal ingewikkeld, ik begrijp het allemaal eerlijk gezegd maar half, of minder, maar ook op dat gebied heerst er nogal wat onzekerheid. Dus wat moet je er dan nog mee?
Aan de andere kant: hoe je er ook tegenaan kijkt, het is toch de vogel van de maand. Of het er nou een is of niet, hij houdt de gemoederen bezig. Hij is hoe dan ook spannend, en interessant, die wil je dan toch niet missen. En bovendien: gele kwikstaart zou natuurlijk sowieso nieuw zijn voor mijn decemberlijst. Dus vandaag toch maar naar Rhoon geweest, en het betreffende veld in. Daar de vogel een paar keer mooi ter plaatse gezien en enkele keren bij het overvliegen duidelijk horen roepen. En dat bevestigde slechts wat ik via internet al had opgevangen: een spannend beest, een volledig grijs-met-witte gele kwikstaart, (vrijwel) zonder geeltinten en bovendien in december. Erg verdacht natuurlijk maar het bewijst nog niks. Sluit het een wat grijs uitgevallen eerste winter westelijke gele uit? Is meen ik vaker vertoond. En zoals gezegd: roep wijkt hooguit marginaal af van die van onze gele kwikken en mist het rouwe dat oostelijke zou kenmerken (ik spreek uiteraard niet uit ervaring). Sonogrammen tonen toch nog een subtiele zaagtand aan maar of dat voldoende is? DNA zal uitsluitsel moeten geven maar het is dus nog maar de vraag of dat gaat lukken.
Klinkt al met al als een tamelijk zinloze onderneming. Maar toch hè, toch was het een hele leuke en geslaagde twitch. Hoeveel twijfels je bij zo’n vogel ook hebt, als je er eenmaal naartoe gaat, raak je toch bevangen van een soort jachtinstinct dat garant staat voor een enerverend uurtje gevolgd door grote vreugde en diepe tevredenheid als je hem tenslotte, zoals in dit geval, zeer bevredigend hebt. Dan ga je gewoon gelukkig en blij naar huis, ook al weet je dat het nog maar zeer de vraag is of je er ooit een nieuwe soort voor mag bijschrijven.

En om het allemaal goed af te ronden lekker met storm achter naar Barendrecht gefietst. En daarbij wandelingetjes gemaakt door de fraaie oeverlanden langs de Oude Maas. Meest stilte daar tussen de menigte aan geknotte wilgjes om je heen, terwijl daarbuiten de wind woelt en grijze luchten overwaaien. Kreken en slenken, modderige oevers, wildernissen van kalende struwelen, als de kwikstaart het reisje naar Rhoon niet waard was, dan waren de Rhoonse en Carnisser grienden dat in elk geval wel.

8 december 2018






Geen opmerkingen:

Een reactie posten