Van hoofdzaak naar bijzaak, zo verging het vandaag een
roodmus in Katwijk. Hij zal daar overigens vast niet lang van wakker liggen.
Nadat ik ruim een week lang zo’n beetje alle goede soorten
die gevonden waren (en dat waren er nogal wat!), had moeten laten schieten
(overigens zonder al te veel spijt want weekendje Winterswijk en heerlijk
avondje kanoën op de Kromme Rijn), wilde ik vandaag eindelijk weer eens iets
scoren en de roodmus van Katwijk leek daarvoor de uitgelezen kandidaat: al
weken aanwezig en nog iedere dag gemeld. Hij maakte de verwachtingen volledig
waar: nog nauwelijks ter plaatse en ik hoorde hem al zingen. Nee, het was niet
mijn nieuwe mobieltje, sinds kort ook voorzien van de in DBA-kringen inmiddels
traditionele wake up-call bij meldingen van zeldzame vogels, hij was het echt.
En al gauw had ik ‘m in beeld, dichtbij in een struikje.
Maar toen was het wel mijn mobieltje dat het welbekende
roodmussendeuntje voortbracht: een alert. Nou is dat niet altijd wereldschokkend
nieuws, maar dit keer wel: scharrelaar in de Amsterdamse waterleidingduinen!
Scharrelaar, dat is andere koek. Een topstuk en veel meer
dan roodmus, immers een jaarlijkse verschijning in Nederland, het soort vogel
waar ik, na gemiste vale gieren, blonde tapuit en griel, op gehoopt had: niet
alleen zeldzaam maar ook een mediterraan sprookje, een vogel die de
vergelijking met vale gier, blonde tapuit en griel wel aankan. En de
Amsterdamse waterleidingduinen: dat is hier om de hoek! Ik was al halverwege,
dacht ik. Dus nog maar net in Katwijk meteen weer terug naar Leiden, daar de
trein naar … Kink in de kabel: geen treinen tussen Leiden en Haarlem vandaag.
Hoe nu?
Na enig studeerwerk besloot ik dan maar de trein naar
Woerden te nemen, van Woerden de trein naar Amsterdam en van daar die naar
Zandvoort. Keulen en Aken natuurlijk, maar om 10 voor 4 stapte ik in Zandvoort op
mijn fietsje. De vogel was intussen geruime tijd zoek geweest, teruggevonden en
hoog naar zuidoost gevlogen. Misschien achter het bos weer geland, maar
misschien ook niet. Een hachelijke onderneming dus, maar wat voor keus had ik? In
de Amsterdamse waterleidingduinen ben je vanaf Zandvoort zo en dat is eigenlijk
op zich al mooi zat: avondwandeling door de Amsterdamse waterleidingduinen. Door
het buitenduin (zingende graspiepers) en door het middenduin (zingende
boompiepers). Duinprairies, verspreide struwelen, dichte bossen, kanalen. En volop
voor een scharrelaar bijzonder geschikte locaties. Speld in een hooiberg. Boomleeuwerik,
blauwborst, kort wielewaal, nachtegaal en een mooie man grauwe klauwier. Maar
geen scharrelaar. Zowat twee uur gestaan op de plek waar de vogel vanmorgen
ontdekt en later weer teruggevonden is. Boomvalk, koekoek, boomleeuwerik (mooi
in een nabij boompje), maar geen scharrelaar. Al zowat drie uur op zoek, nul
resultaat. Verder een leuke middag natuurlijk, maar het geloof raakte op.
Met de telescoop weer ingepakt op weg naar de uitgang
gebeuren er bijna gelijktijdig twee dingen: verderop op een duintje zie ik
Pieter van Veelen door een telescoop staan turen, en uit mijn mobieltje klinkt
weer de roodmus. Pieter van Veelen: ‘Ik zie hem nu zitten!’ Right time, right
place; neus in de boter: soms zit het mee. Even later sta ik naast Pieter en
zie heel ver weg net onder de top van een markant, gekuifd bosje een blauw
propje: scharrelaar! We wachten nog even tot wat meer mensen zich hier
verzameld hebben en gaan dan wat dichterbij. Dat kan voorlopig nog veilig. Na
enkele goede waarnemingen onderweg waarbij we de vogel onder andere prachtig
zien vliegen, staan we uiteindelijk op een hoog duin op een wederzijds
acceptabele afstand te kijken naar een schitterende scharrelaar die rustig en
open en bloot in de bosrand tegenover zit. Een prachtig besluit van deze
enerverende dag. De wandeling terug naar de fiets door het avondstille duin
waarin steeds meer damherten zich bloot geven, is daarna een feestelijke
gebeurtenis.
14 juni 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten