donderdag 23 augustus 2012

Drie provinciën

'Moge ik nog vele witwangsterns dippen', schreef ik een jaar geleden. Nou, gedipt heb ik ze, meerdere keren, maar dat is nu voorbij. De witwangstern houdt weer van me. Vandaag zag ik er misschien wel 30, nestelend, foeragerend en af en toe tot op enkele meters afstand. En dat gewoon in Nederland! Je houdt het niet voor mogelijk.
Het was in zo’n typisch product van Nieuwe Natuur in Nederland, zo’n perfect stukje reclame voor natuurontwikkeling hier te lande. Je zou dan zeggen: laat het een ieder zien! Temeer omdat de vogels veilig vanaf een fietspad te bezichtigen zijn en zelf vrijwel onbereikbaar zijn achter natte draslanden met plasjes vol geoorde futen, ook nog. Wat wil je nog meer? Maar nee, geheim zijn ze, en geheim moeten ze blijven. Al is de plek bij de meeste vogelaars alom bekend, omdat in de beginperiode nog niet aan broeden werd gedacht en de vogels nog openbaar waren. Maar juist niet bij het grote publiek, juist niet bij de mensen van wie je het moet hebben, wil je geld en ruimte kunnen blijven investeren in het ontwikkelen van mooie natuur in ons steeds dichter bewoonde en ontwikkelde land waarin die natuur meestal steeds meer in de verdrukking komt.
Afijn, er zullen vast hele goede redenen voor zijn waar ik geen weet van heb.
Genoeg geklaagd, wij genieten er goed van want nestelende witwangsterns, dat is heel bijzonder voor Nederland. Met tientallen waren ze neergestreken tijdens de influx half mei. Dat gebeurde toen op meerdere plaatsen, hoewel nergens zoveel. Maar hier zijn ze blijven hangen, en aan het broeden geslagen. Een unieke gebeurtenis, want het aantal broedgevallen de afgelopen eeuw is denk ik op de vingers van één hand, misschien twee, te tellen. En dan hebben we het over eenlingen, en soms ook tweelingen natuurlijk. Dit hier, dat maak je normaal alleen mee in Oost-Europa, of in Zuid-Europa, misschien nog ergens in midden Frankrijk maar dichterbij niet.
Het was de perfecte start van wat een modelexcursie van vogelwacht Utrecht zou worden naar drie provincies. Van de plas en de dras van Groningen ging het naar de hogere gronden van Friesland: het Fochteloërveen. Bosranden, uitgestrekte vlaktes, zingende geelgorzen en boompiepers: in alles een heel anders stukje Nederland, hoewel nauwelijks een steenworp verderop. Vanaf de uitkijktoren zagen we ook drie kraanvogels: beeldmerk van het gebied, en die gaven het veen het ongerepte karakter dat het vanouds past. Ver weg maar toch prachtig, zeker ook toen ze waren opgevlogen en, nog altijd op gepaste afstand, voor ons langs vlogen.
Formeel ook geheim trouwens, de kraanvogels van het Fochteloërveen.
Na het hoogveen van Friesland het laagveen van Drenthe: Diependal. Door een tunnel door de oude vestingwerken bereikten we de kijkhut midden tussen de plasjes en het eerste wat we zagen was roodhalsfuut. Uiteindelijk vonden we er zeven, alle fraai in prachtkleed, ook weer iets wat je in Nederland niet vaak meemaakt.
We sloten af met een stukje midden Drenthe, tussen Buinen en Exloo. Niet het allerfraaiste stukje Drenthe, hoewel er tussen de aardappelvelden flinke stukken nat en verwilderd waren en af en toe de hooilanden golfden in de wind. Maar wel de plek waar al enkele weken een eerstejaars steppekiekendief aan het overzomeren is. Een eerste rondje door het gebied leverde niet meer op dan enkele bruine kiekendieven. Net zo’n beetje terug bij ons beginpunt zagen we een fraaie man grauwe kiekendief. Minder zeldzaam, maar zeker zo mooi als de beoogde steppekiek. En uiteindelijk ontdekten we, eerst nog ver weg, een ‘ringtail-kiekendief’ (genoemd naar vrouwtje of juveniel blauwe, grauwe en steppekiekendief die alledrie gekenmerkt worden door een opvallende witte stuit, als een ring om de staart) die zich dichterbij steeds nadrukkelijker ontpopte als de gezochte steppekiek. Jawel, ook deze gelukt vandaag, soms heb je van die dagen dat alles goed gaat. Ook deze liet zich schitterend zien, dichtbij jagend boven de akkers. Zelfs op zeker moment in één kijkerbeeld met de grauwe kiek: een perfecte afsluiting van een perfecte dag vogelen.

17 juni 2012

Geen opmerkingen:

Een reactie posten