zondag 22 november 2020

Over de top

Corona-ommetje in het bos bij Oud Zuilen dit keer. Mooi stil herfstbos. Hier en daar hing nog het goud blinkend tussen de takken, maar het meeste was al afgevallen en daarnaast was het vooral grauwbruin. Het verschil is best subtiel maar het betekent dat de herfst, wat dat betreft, alweer over zijn top is. Ik heb de indruk dat die top aan het verschuiven is. Nog niet zo lang geleden vond ik dat die in november lag, dat vooral dan de herfstkleuren in al hun bijna kitscherige uitbundigheid van de bosranden spatten. Nu is het half november al bijna weer voorbij. Dit jaar lag de top in oktober. Ik kan het cijfermatig niet hard maken en zal het dan ook niet inbrengen in de klimaatdiscussie, is ook niet nodig, maar een gevolg van klimaatverandering zou het natuurlijk wel kunnen zijn. We maken ons nu allemaal druk om de coronacrisis, maar uiteindelijk zou de klimaatcrisis de mens weleens voor veel grotere problemen kunnen gaan stellen.
Het was stil in het bos, zoals dat hoort in de winter. Nog slechts af en toe een flard van roodborst, dat was het wel. De roodborst is ook alweer over zijn herfsttop heen. Dat is overigens heel normaal en volstrekt niet onrustbarend. De roodborst houdt als een van de weinige vogels in de winter een territorium aan en als in de herfst massaal vogels uit het noorden het land binnenstromen, beginnen die volop te zingen om zich van zo’n winterterritorium te verzekeren. Na een tijdje zijn de territoria verdeeld en worden ze stiller. Al blijven ze de hele winter lang wel af en toe zingen, als echte winterkoninkjes. Maar dat is dan weer een andere vogel, die trouwens ook in de winter nog wel zingt.

18 november 2020


Meer lezen? Vier jaargetijden corona

donderdag 19 november 2020

Paesens Moddergat

Het verhaal begint eigenlijk ruim drie jaar geleden, in oktober 2017. Ik was met familie op vakantie op Texel. Het was een heerlijk weekje, ik had onder andere westelijke blonde tapuit, een lifer dus alles was volmaakt in orde toen men op Vlieland de idylle verstoorde: vale lijster, zeldzame dwaalgast uit diep in Siberië. Op een steenworp, als je er op wereldschaal naar kijkt, maar wel een eiland verderop. Even overwoog ik in te schrijven op een watertaxi maar 100 euro, ik vond het eigenlijk gekkenwerk en onze vakantie feitelijk voortijdig afbreken? Nee, ik zag er vanaf. En miste vale lijster op Vlieland. Ik heb daar nooit spijt van willen hebben en waarom zou ik ook? Maar ik heb achteraf weleens gedacht: die 100 euro, die zou ik vandaag de dag niet missen maar de herinnering aan die vale lijster op Vlieland was vast en zeker nog springlevend geweest.
Het had me in ieder geval vandaag een reisje naar Paesens Moddergat bespaard: voor € 51,40 met de trein naar Leeuwarden en terug, plus nog twee bussen naar Paesens en weer terug. Zit je toch zo aan de 70 euro, niet zo heel veel minder dan de watertaxi destijds kostte.
Want november 2020 werd te Paesens aan de Friese waddenkust een vale lijster ontdekt, wat een niet voorziene kans bood mijn verzuim van destijds recht te zetten. Het was een omslachtige reis, onder het strenge coronaregiem van alleen reizen als het echt niet anders kan. Het kon echt niet anders. Twee uur trein en daarna bus en belbus, maar uiteindelijk stond ik dan toch in het pittoreske Paesens Moddergat, schattig dorpenpaar onder de Waddendijk die allebei niet zouden hebben misstaan op een van de eilanden aan de overkant. Stille straatjes, schilderachtige huisjes, houten schuurtjes, weelderige tuintjes, oeroud kerkje met houten torenspitsje en kerkhofje ernaast: een soort openluchtmuseum. Het aloude Van Gewest tot Gewest of anders wel een van zijn nazaten heeft aan dat soort talloze uitzendingen gewijd. Maar dezer dagen overspoeld door (meest) mannen die gewapend met verrekijkers, telescopen en telelenzen op zoek zijn naar vale lijster.
We liepen alweer een tijdje te zoeken zonder het gewenste resultaat, en als je daar dan bent en na een half uur de lijster nog altijd niet in beeld is, denk je al gauw: dit wordt hem niet. Maar toen zagen we enkele straten verderop een groep vogelaars strak en geconcentreerd een en dezelfde kant op kijken. Het was een teken: snel die kant op. Want inderdaad: vale lijster in beeld. Hij zat meest met zijn rug naar ons toe en half verscholen achter takjes en blaadjes aan een appel te peuzelen maar was soms, als hij zich een beetje gedraaid had en tegelijkertijd de wind de takjes en blaadjes opzij had geblazen, heel even mooi te zien. Veel mooier kregen we hem later te zien aan de Styntje’s Reed, waar de vogel langdurig verbleef in het struikgewas naast een grasveldje. Ook daar veelal verstopt achter takjes en blaadjes maar geregeld toch ook prachtig vrij in beeld, van voren en van opzij zodat alles wat je aan de vogel wilde zien, te zien was: de opvallende wenkbrauwstreep, de witachtige keel, de vaal oranje flanken, prachtige vogel. Missie volbracht, we konden iets anders gaan doen.

Ook de bijzaken waren goed verzorgd vandaag. Geruime tijd brachten we door aan het wad en langs de kwelder aan de andere kant van de dijk, waar de uitgestrektheid van het waddenlandschap je toelachte. Gedempte kleuren, vlakke lijnen, grillige vlakverdelingen, glinsterende wateren en dijken en dammen met kerktorentjes die boven de dijken en de dammen uit gluurden: een stukje Waddeneiland op het vaste land, onder een zware lucht van meest grijze wolkenvelden waar af en toe wat druppels aan ontsnapten maar evengoed soms een straaltje zonlicht doorheen brak. Prachtig weer, en ook nog eens leuke vogels. Bonte strandlopers, kanoeten, strandleeuweriken, ijsgorzen, een velduil, ook zonder vale lijster zou je kunnen spreken van een geslaagde dag. Met vale lijster was het een onvergetelijke feestdag.

16 november 2020


Meer: Steenarend

Of: Texel zonder vale lijster










dinsdag 3 november 2020

Texel in tijden van corona

Het was een fantastische dag vandaag, een spannende dag, een dag die alles in zich had. Ook een klein duister schaduwrandje eerlijk gezegd. Toen gisteren de ultrageheime melding van een zwartkopzanger op Texel niet zo geheim meer was, toch maar de volgende dag op weg gegaan. Want ik had afgelopen jaar al dan niet door corona al zoveel megasoorten misgelopen dat ik dacht: deze wil ik nou eens niet missen! Een beetje ondoordacht wellicht, achteraf. Hoe dan ook, trein, boot en vouwfiets en om een uur of 11 stond ik op de Molenlaan te Cocksdorp te wachten op de dingen die komen gingen. Voorlopig kwam er niks. Overwegend droog tot nu toe, met zelfs af en toe een zonnetje, wat erg meeviel want er was erger voorspeld. Maar intussen was de begraafplaats waar we wezen moesten, wegens te grote drukte door de politie afgesloten. We moesten het doen langs de Molenlaan. Daar was afstand bewaren een koud kunstje maar de vogel veel lastiger. Al was er wel een melding van een kwartiertje voor aankomst. Het kon dus wel.
Maar voorlopig geen spoor. Wel berichten van vale gierzwaluwen nabij de vuurtoren, volgens sommige meldingen liefst vier, eentje noemde zelfs vijf! Niet zo lang geleden nog een grote vis dus toen er aan de Molenlaan nog altijd niks kwam, besloten we tussendoor even richting vuurtoren te fietsen. Dat bleek een goede keuze: al bij aankomst op de uitkijkheuvel bij het renvogelveldje was er één vogel in beeld boven de zeereep, en lopend richting die zeereep zagen we die enkele keren schitterend laag over ons heen vliegen waarbij diverse kenmerken konden worden vastgesteld: bruine kleur, lichte kop met uitgebreid witte keel en donker oogmasker, schubtekening, lichte ondervleugeldekveren en bleke delen op de bovenzijde met daar enigszins tegen afstekend een wat donkerder zadel. Ja, dit was er echt wel een! We zagen nog een tweede en een derde, tegelijkertijd in beeld. Verder kwamen we niet maar dat deerde ons niet. Mocht het hier vandaag bij blijven, dan was het in elk geval een hele sjieke troostprijs.
Terug aan de Molenlaan. Situatie ongewijzigd, inclusief de waarneming door een enkeling kort voor onze terugkeer. De meeste aanwezigen stonden nog droog. Op het goede moment op de goede plek staan, dat was blijkbaar de clou maar dat was verre van eenvoudig. Dat bleek ook later toen iemand riep dat-ie de vogel in beeld had. Toen ik ter plaatse was, enkele tellen later slechts, geen spoor meer. Ja, dit werd een lastig verhaal. Een paar uur stilte volgden. Af en toe een bui, af en toe zon, schuilen onder de bomen maar de vogel gaf geen kik. Volledig coronaproof, meest vanaf de overkant van de straat, speurde ik intussen de bosjes af.
Maar toen die melding: nu te zien vanaf de rand van de begraafplaats. En natuurlijk: in alle opwinding vergeten we alle regels. We rennen, we fietsen, we hobbelen langs struikjes en ineens bevond ik me met tientallen samengeklonterd langs de omheining van de begraafplaats en was er van afstand nauwelijks meer sprake. Maar zwartkopzanger: zat in de bosrand achter en boven het witte huisje, werd er omgeroepen. Kon hem niet vinden. Vloog naar een opvallende geelkleurende eik in de bosrand een stuk naar links en was daar goed zichtbaar, werd er omgeroepen. Kon hem niet vinden. Ja, wees dan maar eens verstandig, zeg dan maar eens tabé, ik ga de groep verlaten. Ik deed het niet, iets anders kan ik er niet van maken. Ja, ik was een van de dommeriken, een van de asocialen, wie zonder zonden is … Ik speurde de bosrand af, zag recht tegenover iets bewegen, zag twee vleugelstrepen, kon nog van alles zijn maar ineens kwam daar zwartkopzanger tussen de bladeren tevoorschijn. Wat een onvergetelijk moment, in vele opzichten! Enige tijd was-ie prima en herkenbaar in beeld, vaalgele borst, groenig gestreepte bovenzijde, wenkbrauwtje, twee vleugelstrepen, ik zal het me altijd herinneren, ook als corona allang vergeten is. En ik trok me terug uit het strijdgewoel, te laat natuurlijk maar ruim voordat naar verluidt de politie de zaak opnieuw was komen ontruimen.
Goed, het hoofd ligt op het hakblok, hak het er maar af. Normaal ben ik zo’n slecht mens niet hoor, vind ik zelf, maar dit is dus wat er gebeurt in de opwinding, als de spanning oploopt, als emoties de ratio benevelen, als je alleen nog maar kunt denken aan die ene vogel waar je al de hele dag op staat te wachten. Je kunt ons dat verwijten, natuurlijk, maar het is misschien ook gewoon onderdeel van de menselijke natuur. Van de menselijke zwakheid. Wil je dat voorkomen, dan moet je vermoedelijk dit soort evenementen voorlopig maar even niet meer mogelijk maken. Dat is waarschijnlijk ook het beste. Zeg ik nu, nadat ik naar zwartkopzanger ben geweest. Makkelijk praten.

De terugweg, tegen de wind in langs de duinrand, met buien, steeds meer buien en onweer meest (meest!) ver weg in het westen, ook die was memorabel, ik zei al, deze dag had alles in zich. In het begin nog betrekkelijk rustig. Het verlaten duinland en het fietspad dat zich daar doorheen slingert onder mooie buienluchten in de verte. Een paar rosse grutto’s vanaf het noordelijke uitzichtpunt bij de Slufter. Maar het werd schemeriger, en het werd heftiger. De wind harder en meest pal tegen, onweersflitsen aan de westelijke horizon, schemer gaat over in duisternis, onweersflitsen aan de oostelijke horizon, en onweersflitsen aan de noordelijke horizon terwijl ik tegen de wind en de regen in door het open polderland naar het zuiden zwoegde. Het werd wat apocalyptisch, het noodweer zat me op de hielen leek het en ik was best blij toen ik veilig de veerhaven bereikte.

26 oktober 2020


Meer vogelen in tijden van corona? Over de top
Meer twitchen: Paesens-Moddergat