Uit de categorie ‘dat viel toch weer mee’: mijn dagje Biesbosch vandaag. Het was een prachtige lentedag vandaag met volop zon, maar wel met ook een stevige en frisse (of moet je zelfs zeggen: een koude) noordwestenwind.
Als je als vogelaar naar de Biesbosch gaat, hoop je natuurlijk vooral op zeearenden en visarenden. Wat dat betreft begon de dag goed: al meteen vanuit het uitkijkpunt aan het eind van de Ooyevaar, zowat midden in polder Hardenhoek, zag ik op de grote plaat halverwege de polder een jonge zeearend zitten. Maar toen ik de telescoop geïnstalleerd had, kon ik hem niet meer vinden. Toen ik weer met de verrekijker keek, zag ik ‘m laag over het water vliegen maar met de telescoop kon ik ‘m opnieuw niet terugvinden. Hij was alweer gevlogen. Nou ja, het zou de laatste wel niet zijn.
Het kleine leed dat een vogelaar kan overkomen. We zullen er maar niet al te hard over klagen. Ook niet over die wind, hoewel die me nu wel parten begon te spelen. Het was koud, het was af en toe zwoegen en de vogels zongen maar mondjesmaat. Naast op zee- en visarend had ik gehoopt op wat leuke lentesoorten, wat typische rietvogels. Maar rietzangers en blauwborsten zwegen in alle talen en er was nog geen zwaluw te bekennen. Natuurlijk zong af en toe luid de cetti’s zanger en geregeld liet ook fitis van zich horen maar vaak was het een stille boel, als je het geruis van de wind wegdacht. Wel mooi waren natuurlijk de grutto’s die met honderden in Hardenhoek bivakkeerden, en prachtig waren de tientallen ijslandse grutto’s die zich daartussen bevonden maar iets spannenders kon ik niet vinden. Een paar zomertalingen, af en toe zwartkopmeeuw: aangenaam maar geenszins verrassend. En arenden lieten zich vooralsnog niet zien.
Ik zwierf wat door de Noordwaard, kwam langs het Biesboschmuseum en zat een tijdje op het uitkijkpunt bij Pannenkoek. Ik zag kleine zilverreiger en hoorde matkop zingen, wat tegenwoordig een vermelding waard is, maar van zeearend geen spoor, laat staan van visarend. Tot ik terug was op het dijkje aan de oostkant van Hardenhoek. Ver weg boven de bosrand aan de overkant zag ik daar eindelijk weer een zeearend vliegen. Opnieuw was die echter uit beeld toen ik de telescoop, intussen opgeborgen vanwege de harde tegenwind, weer had geïnstalleerd.
Nou ja, geen visarend dus vandaag. Er zijn ergere dingen. Nog even prachtige ijslandse grutto’s en een mooi stel zomertalingen dichtbij in Hardenhoek en daarna terug naar de pont. Vanaf de pont nog even twee meeuwen geïnspecteerd die boven de dijk hingen. De een was een onvolwassen beest van onbekende komaf, de ander … verrek: visarend!
30 maart 2025
Mijn weblogkasteel