maandag 12 december 2022

Jaarlijsttwitchen

De donkere dagen voor kerst, langzamerhand de laatste dagen van het jaar. Ze zijn grijs en somber, zoals natuurlijk te verwachten was, de donkere dagen … immers. Het is laat licht en het is vroeg weer donker. Weinig zon, in alle opzichten. Het licht is meestal schemerig, af en toe flakkert een zeldzame zonnestraal door het wolkendek die fletse herfstkleuren doet oplichten. Herfstkleuren die er natuurlijk allang niet meer zouden moeten zijn.
Voor een bepaald soort vogelaars is het tijd om de jaarlijst zo’n beetje te gaan afronden. Om de laatste nog opvulbare gaatjes op te vullen. Voor veel soorten is het inmiddels te laat maar we kunnen er nog net een paar binnen harken.
Tijd dus voor een dagje jaarlijsttwitchen.
Daartoe vandaag naar Schiedam. In eerste instantie vanwege witoogeend in het Beatrixpark. Eigenlijk was dat maar bijvangst, mooi meegenomen want vlakbij het station. Maar stiekem wel een soort die ik al een paar jaar niet gezien had, dus dat kwam mooi uit. Hij was gauw gevonden en zat er mooi bij. Dat was plus een, wat de jaarlijst betreft.
Maar Schiedam was vooral startpunt voor mijn expeditie kleine rietgans. Daarvoor moet je door de polders richting Schipluiden. Koud, maar weinig wind. Onderweg al wat groepjes kolganzen afgespeurd, vergeefs. Wel één toendrarietgans. Maar voor kleine rieten moet je toch voorbij Schipluiden zijn, in de Duifpolder. Het was weer even zoeken, altijd langer dan je lief is. Aanvankelijk slechts groepen grauwe ganzen met canadese ganzen, altijd rijkelijk vertegenwoordigd in deze streken. En kolganzen natuurlijk. Maar tenslotte, langs het Gaagpad, langs de N468, vond ik ze. Prachtig dicht langs het fietspad, een paar honderd bij elkaar. Plus twee voor de jaarlijst.
Ik vind het hele mooie gansjes, kleine rietgans. Tijdje naar ze staan kijken en me afgevraagd: waarom vind ik ze toch zo mooi? Wat maakt deze gansjes zo apart, zo onmiskenbaar? Die vraag is nog helemaal niet zo gemakkelijk te beantwoorden. Je vervalt al gauw in van die vage, moeilijk te kwantificeren kenmerken als compact, kort nekje en een kort, stomp snaveltje. Dat klopt allemaal wel, maar je moet ze eerst zien om het te zien. Wat in ieder geval altijd aan ze opvalt, is die fijne, grijzige tint op de rug, alsof ze met een laagje vernis bespoten zijn. De koppen zijn donker en borst en zijhals hebben bij het juiste licht een apart, beetje kaneelkleurig tintje.
Ja, je moet ze zien om het te zien, maar dan zijn ze mooi, vind ik.

Het zijn niet de zaken waar je, als je aan het eind van het jaar de balans opmaakt, het eerst aan terugdenkt, of hooguit omdat ze het kortst geleden zijn, maar toch, het waren een paar genoeglijke uurtjes in de Zuid Hollandse kou.

11 december 2022




Geen opmerkingen:

Een reactie posten