dinsdag 7 januari 2020

Delta

Veel, heel veel is te doen met openbaar vervoer en (al dan niet) fiets. Maar wat echt niet lukt zonder auto, is zo’n fijne dagtocht door de Delta. Stellendam, Goedereede, Brouwersdam, Prunje enzovoort. Echte helden doen dat nog wel per fiets, maar hoeveel tijd houd je dan over om te vogelen? En hoe krijg je je telescoop meegesleept? Dat is waarom ik de jaarlijkse excursie met vogelwacht Utrecht naar de Zeeuwse en Zuid Hollandse eilanden zo enorm waardeer en geen jaar zou willen missen. Vandaag was het weer zover. We hadden hem dit keer al in januari gepland. In andere jaren doen we hem altijd in februari en misschien is dat er de oorzaak van dat we ons vertrek net als andere jaren om 7 uur hadden gepland. In februari kan dat wel maar op 5 januari is het dan nog donker als je je eerste bestemming bereikt. Dus stonden we in het allereerste schemerlicht nabij Brielle te turen over de schemerige akkers, op zoek naar en hopelijk in afwachting van de plaatselijke grote trap. Het eerste, karige licht onthulde slechts hazen in het veld, een paar reeën en wat grauwe ganzen. Van de trap nog geen spoor. Maar toen, ineens, stond-ie daar.
Grote trap: normaal gesproken een magistrale soort, een mega van jewelste en reden tot feestelijkheden vergelijkbaar met die bij de kleine regenwulp vorige week. Maar deze had ik tot nu toe genegeerd. Afkomstig namelijk van een Oost-Duits herintroductieproject en uitgebroed in een broedmachine: dat maakt hem toch minder magisch. Komt niet in aanmerking voor goedkeuring door de CDNA en voelt ook niet zoals mijn eerste echte grote trap in Nederland voelen zou, maar toch een indrukwekkend beest. Toch een ‘must-see’, al blijft het nog dromen van mijn eerste wilde in Nederland.

De excursie van vandaag vond plaats onder een gelukkig gesternte, al ging dat gesternte meest schuil achter een dik wolkendek. Maar dat wolkendek kon niet voorkomen dat we de memorabele momenten, de topwaarnemingen aan elkaar regen. We gingen naar de Brielsegatdam en kopten daar bijna meteen de sneeuwgorzen binnen die zich ophielden op het groene strand langs de dam. We gingen naar de Brouwersdam en daar lag de zwarte zeekoet al voor ons klaar. Die was al enkele dagen spoorloos dus vanzelfsprekend was dat niet, maar vandaag liet-ie zich voortreffelijk bekijken in het Haventje Noord, aan het begin van de dam als je vanuit Zuid Holland komt. Verderop de gebruikelijke roodkeelduikers, kuifduikers en geoorde futen, de middelste zaagbekken, brilduikers, eiders en zwarte zee-eenden. Vogels die er altijd wel zitten maar die we rond Utrecht meestal moeten ontberen. En ik zie ze zo graag. Ook zaten er enkele ijseenden, vorige winter hier nog opvallend afwezig. En we vonden, hoewel met nogal wat moeite, de roodhalsfuut, een soort waarmee ik de laatste paar jaar sowieso erg veel moeite heb. Deze dook af en toe redelijk dichtbij voor ons op al was-ie meestal ook zo weer verdwenen.
Na de Brouwersdam schoten we door naar de Oosterscheldekering, waar we in de zogenaamde Mattenhaven ook al moeiteloos ijsduiker, parelduiker en kuifaalscholver opstreken. Op zeker moment gedrieën in één telescoopbeeld. Vooral kuifali was een bijzonder geval: prachtig in zomerkleed, zelfs met goed zichtbaar kuifje, wat je in Nederland maar zelden ziet.
Kleine alk op het Veerse Meer zorgde voor een kleine trendbreuk. Die kostte ons erg veel moeite. We stonden aan deze kant en we stonden aan de overkant en speurden het water af maar vonden slechts geoorde futen en een paar kuifduikers. En we stonden weer aan deze kant maar het verhaal bleef hetzelfde. We hadden het al bijna opgegeven toen-ie, zoals dat soms gaat maar meestal niet, toch werd teruggevonden, ver op het meer. Uiteindelijk kregen we hem toch nog aardig en goed herkenbaar in beeld, af en toe, als-ie niet verdwenen was achter de golfjes. Hij is ook zo klein.
We sloten af op Schouwen-Duiveland. Met ganzen in de polder Burgh- en Westland waaronder een paar kleine rietganzen en een gave zwarte rotgans. En met fraai namiddaglicht aan de Prunje waar duizenden goudplevieren het op de heupen hadden en zonder voor ons aanwijsbare reden telkens weer massaal opwolkten. Met ook nog kemphaan, kleine zilverreiger, een paar lepelaars en een groep kluten beëindigden we de Delta-excursie van 2020 in stijl en gingen gelukkig en blij weer naar huis.

5 januari 2020







Geen opmerkingen:

Een reactie posten