woensdag 4 juli 2018

Insecten

Een zonovergoten en bloedhete zomerzondag in de Groot Peel. Langs het pad hoog opgaand en bloemrijk groen en lage struikjes waarin het wemelt van de vlinders. Vlinders van allerlei soorten en maten, dikkopjes, zandoogjes, dagpauwogen, koolwitjes groot en klein, koevinkjes. Topstukken hier zijn de spiegeldikkopjes. Ze zijn klein en als je niet goed kijkt onooglijk. Maar als je wel goed kijkt zie je het fijne patroon van witte spiegels op een gele ondergrond op de ondervleugel, en zijn ze prachtig. En zeldzaam: behalve hier bijna nergens in Nederland te vinden.
Het duurde even voor ik de eerste vond maar daarna vond ik ze overal. Terug bij het bezoekerscentrum als toegift ook nog een fraaie koninginnenpage en die maakte dit tot een fijne vlinderdag. Ook zoemden er nog volop bijen tussen de bloemen en daarnaast was er nog van alles aanwezig wat vloog en wat vooral stak maar wat je bijna niet ziet, want ik ben ouderwets lek gestoken vandaag. Eén keer sloeg ik een soort steekvlieg dood op mijn hand. Er kwam een flinke druppel bloed uit tevoorschijn: zal mijn eigen bloed wel geweest zijn.


Insecten zijn hot tegenwoordig. En niet om redenen waar je blij van wordt: er komen er steeds minder. Ik kreeg vandaag niet echt die indruk, ik had ook nog net buiten het natuurgebied een akker waarboven het wemelde van de honderden witjes, maar ik snap heus wel dat mijn bevindingen van één middagje Groote Peel van weinig betekenis zijn: allerlei onderzoeken wijzen op een achteruitgang van 50 tot 75% in afgelopen pakweg twintig jaar. Als dat zich voortzet de komende jaren, heeft dat catastrofale gevolgen, niet alleen voor de natuur, uiteindelijk ook voor de mens. Toch geven mijn bevindingen van één middagje Groote Peel me ook een klein beetje hoop: in geschikte, goed beheerde natuurgebieden zijn blijkbaar nog volop insecten aanwezig. Misschien hebben we het grootste deel van de achteruitgang achter de rug: die heeft natuurlijk plaatsgevonden in de intensieve landbouwgebieden en daar is niet veel achteruitgang meer mogelijk want er zitten nauwelijks nog insecten. Hopelijk weten ze zich in natuurgebieden en natuurvriendelijker landbouwgebieden wel te handhaven en zelfs, als de omstandigheden dat toelaten, weer uit te breiden. Waarmee ik bepaald niet wil suggereren dat het probleem dus wel meevalt. Het is te hopen dat er ook in de intensieve landbouwgebieden nog wat terug te winnen valt, nu zelfs de reguliere landbouworganisaties zich heel voorzichtig achter de oren beginnen te krabben en steeds meer verhalen naar buiten komen van boeren die het allemaal anders willen gaan doen.
Hoop doet leven.


1 juli 2018



Geen opmerkingen:

Een reactie posten