donderdag 15 mei 2014

(On)gewoon

De koekoek zat net onder de top maar mooi vrij zichtbaar in een half kaal boompje dat uitstak boven de bosrand aan de overkant van het water. Lang niet zeldzaam natuurlijk maar toch: een koekoek open en bloot, dat is bezienswaardig. Hij vloog een stukje, ging in de top van een volgend boompje zitten, veel dichterbij, vloog weer een stukje en ging weer in de top van een nabij boompje zitten. En al die tijd 'koekoek-koekoek-koekoek'. Vogels die hun eigen naam roepen: er zijn er heel wat waarvan dat gezegd wordt maar niet een zoals de koekoek.
En de bosrietzanger zat luidkeels te zingen tegen de achtergrond van het blauwe zeil van een festivaltent die tijdelijk is neergezet in de Ruigenhoekse polder en waar je met enige fantasie de strakblauwe lucht aan een middellandse zeestrand in kunt zien. Hij was een van de drie die weer waren teruggekeerd naar dit onooglijke hoekje stadsnatuur dat blijkbaar meer in petto heeft dan je op het eerste gezicht zou vermoeden.

De kunst van het leven, dat is toch vooral kunnen genieten van het gewone, het dagelijkse. Nou is dat natuurlijk een tegeltjeswijsheid die niet zou misstaan in de keuken van tante Berendien, maar ach, ik dacht laat ik mij daar nou toch eens aan wijden. Want er zit eigenlijk best iets in, zoals trouwens geldt voor veel van die tegeltjeswijsheden. Al moeten we deze dan wel toepassen op bijvoorbeeld vogels, want gezellig weer een paar uur achter mijn bureau, voor het beeldscherm van de computer om de inkomende en uitgaande posten tegen elkaar af te zetten, daar de wortel uit te trekken en die te vermenigvuldigen met de dagkoers van de dollar … Ik heb geen al te erge hekel aan mijn werk maar dat is toch niet wat ik in gedachte heb bij ‘kunnen genieten van het dagelijkse’. Dan denk ik eerder aan bijvoorbeeld de gierzwaluwen die vanavond rondjes vlogen boven de Zodden bij Westbroek. Ik herinner me hoe ik vorige zomer in Portugal uitvoerig de vale gierzwaluwen bestudeerde, om tot in detail te zien hoezeer die anders zijn dan die bij ons. Maar daarvoor moet je wel af en toe ook goed kijken naar onze eigen gierzwaluwen.
Het meest ongewoon was nog de roerdomp die al weken midden in het gebied zit te roepen. Ongewoon, niet alleen vanwege zijn relatieve zeldzaamheid, maar ook vanwege de aard van het geluid. Een geluid dat al vele malen is beschreven en altijd even ontoereikend. Het klinkt een beetje als een misthoorn die opborrelt uit de diepten van het moeras maar ook dat is natuurlijk ontoereikend. Het is een mysterieus geluid, des te mysterieuzer omdat je de vogel vrijwel nooit te zien krijgt, en al helemaal niet tijdens het voortbrengen van dit geluid. Er hebben dan ook de vreemdste fabels de ronde gedaan over hoe hij dat geluid maakt. Het lijkt overigens alsof-ie ergens anders zit dan waar ik ‘m enkele weken terug hoorde. Het gerucht gaat dat het er twee zijn. Dat zou natuurlijk dubbel zo ongewoon zijn.

13 mei 2014


Meer uit het Utrechtse: Raadsels van de vogeltrek

Geen opmerkingen:

Een reactie posten