Voor de 286e keer op Schiermonnikoog geweest. Of de 51e keer, dat kan ook, wil ik vanaf zijn. Al was, tot onze schrik, de laatste keer alweer bijna drie jaar geleden. Schandalig lang! Hoe dan ook, al die keren dezelfde duinruggen en dezelfde (momenteel niet erg) natte duinvalleien, dezelfde overwoekerde strandvlaktes, dezelfde buitendijkse gronden, hetzelfde stukje polder achter de Waddendijk, dezelfde Westerplas in het westen en dezelfde Oosterkwelder in het oosten, waar duin en kwelder, Waddenzee en eiland met elkaar verstrengeld zijn geraakt, met telkens dezelfde slenken die vanaf het wad het eiland dooraderen. En met hetzelfde baken Kobbeduin, eeuwig hetzelfde baken Kobbeduin. En net als al die vorige keren weer langs al die bekende plekken geweest, langs de Westerplas in het westen en de Oosterkwelder in het oosten, langs het baken Kobbeduin enzovoort. Alleen dit keer in augustus, zomer, en dat is natuurlijk heel iets anders dan al die keren dat ik in de herfst op het eiland ben geweest. We hadden zon en regen, heldere luchten en asgrauwe buienwolken, somber stemmende regenvlagen en intense zomerwarmte en we hadden wind, soms heel veel wind. Af en toe leek het eigenlijk verdacht veel op herfst. Maar we hadden ook talloze zwaluwen die om ons heen dansten en soms vlak voor ons langs scheerden, tot op het strand toe. We hadden velden vol bloeiende kattenstaarten en kwelders paars van de lamsoor en vol zoemende bijtjes en hommels en meer. En dat leek toch echt wel op zomer.
De overtocht leverde meteen de soort van de trip op: een juveniele kuifaalscholver zwom korte tijd vrij dicht bij de boot toen we de haven van Lauwersoog hadden verlaten. Een slanke aalscholver met een ook aan de basis dunne snavel en zonder enig geel in het verenkleed bij de snavelbasis. Daarna dreigde ook de dip van de trip. Al jaren huist er een bonte kraai langs de Waddendijk tussen veerdam en jachthaven. Al jaren had ik hem genegeerd maar nu ik toch op Schier was, wilde ik hem niet missen dus toen we de veerdam af fietsten maar meteen wezen zoeken. Ik kon hem echter niet vinden. Niet toen we heel langzaam langs het wad richting jachthaven fietsten. Niet toen ik aan de binnenkant van de dijk weer naar de veerdam fietste. En niet toen ik opnieuw over de dijk naar de jachthaven fietste. Wel overigens een behoorlijk spectaculaire albino scholekster op het wad bij de jachthaven en wel onder andere mooie rosse grutto’s en regenwulpen dus ik zal niet al te hard klagen. Maar toen ik de volgende ochtend vroeg op pad was en klaar was met de Westerplas, opnieuw wezen zoeken tussen jachthaven en veerdam, en opnieuw kon ik hem niet vinden. Het moest natuurlijk geen bron van frustratie worden deze driedaagse.
De geplande gezamenlijke fietstocht van Westerplas tot Oosterkwelder en terug, een klassieker, bracht verlossing. Langs de Waddendijk aangeland hadden we hem dan eindelijk gevonden. Hij foerageerde dicht langs de dijk op het drooggevallen wad en liet zich daarbij mooi bekijken, zo mooi als een bonte kraai zich maar kan laten bekijken. En zo was dus bonte kraai hoofdzaak geworden van onze driedaagse Schiermonnikoog. Al waren de prachtige zomerkleed rosse grutto’s, steenlopers, bonte strandlopers en zilverplevier op en langs het wad, de alweer tientallen drieteenstrandlopers (ook in zomerkleed) in de branding en de drie zwarte ruiters in de Oosterkwelder ook best leuk. En natuurlijk het baken Kobbeduin, dat was als altijd het ware hoogtepunt van drie dagen Schiermonnikoog.
6 augustus 2025
Meer Wadden? Jaarwisseling
Mijn weblogkasteel
Guus’ weblog: Over vogels en wat dies meer zij
zaterdag 16 augustus 2025
woensdag 13 augustus 2025
Afscheid
Afscheid. Laat ik het vooral niet te dramatisch maken maar vandaag was de dag dat we nog één keer iets van onze omgeving konden bezichtigen. En waar kun je dan beter heen dan naar Scuol om daar de gondellift te nemen? Samen met Joke en Claude, nicht van Harriët met haar man die gisteren zijn gearriveerd en vandaag één hele dag hier waren en waar kun je dan beter heen dan ...?
Wisselend bewolkt. Als de zon scheen warm maar als die niet scheen was het beetje wind nog best fris. Van de gondellift naar Prui gelopen, zo'n beetje de basiswandeling hier. We deden het erg rustig aan en stopten voor zowat ieder plantje en ieder vlindertje en kwamen daardoor niet verder dan Prui. Leverde nog wel twee nieuwe soorten op: kleine bergerebia en amandeloogerebia, aldus Obsmapp. Erebia's checken loont dus, al zie je als leek nauwelijks verschil tussen de verschillende soorten. We moeten maar vertrouwen op Obsmapp. Verder fluitende alpenmarmot en nog wat mooie alpenplantjes zoals duitse gentiaan en vanilleorchis.
Iets anders dat je op zo'n laatste dag nog even moet, is omlaag naar de beek. Nog fijn even op het bruggetje gestaan en het pad langs de beek beklommen, en nog even voor het laatst boven ons het hotel gezien. Afscheid.
Vrijdag 11 juli 2025
Terug naar het begin: Op weg
Meer buitenlandse zaken: Lissabon, 4 juli 2004
Mijn weblogkasteel
Wisselend bewolkt. Als de zon scheen warm maar als die niet scheen was het beetje wind nog best fris. Van de gondellift naar Prui gelopen, zo'n beetje de basiswandeling hier. We deden het erg rustig aan en stopten voor zowat ieder plantje en ieder vlindertje en kwamen daardoor niet verder dan Prui. Leverde nog wel twee nieuwe soorten op: kleine bergerebia en amandeloogerebia, aldus Obsmapp. Erebia's checken loont dus, al zie je als leek nauwelijks verschil tussen de verschillende soorten. We moeten maar vertrouwen op Obsmapp. Verder fluitende alpenmarmot en nog wat mooie alpenplantjes zoals duitse gentiaan en vanilleorchis.
Iets anders dat je op zo'n laatste dag nog even moet, is omlaag naar de beek. Nog fijn even op het bruggetje gestaan en het pad langs de beek beklommen, en nog even voor het laatst boven ons het hotel gezien. Afscheid.
Vrijdag 11 juli 2025
Terug naar het begin: Op weg
Meer buitenlandse zaken: Lissabon, 4 juli 2004
Mijn weblogkasteel
Mission accomplished
Vandaag, een onberispelijke dag zonder regenkansen, eindelijk de wandeling gemaakt die ik al zowat twee weken in mijn hoofd heb zitten: zigzaggend door ons bos omhoog en daarna op het weggetje naar rechts tot je niet meer hoger kunt. En het was misschien niet helemaal wat ik in gedachten had, een mens verwacht nou eenmaal bijna altijd meer dan realistisch is, maar het was een prachtige wandeling, de uitzichten op de omringende, deels nog besneeuwde bergen waren fenomenaal en ik benaderde de 2000 meter, waar al paradijselijke bergweiden tussen de bosranden scholen, met gele gentianen en alpenmarmotten. Boven de nabije bosrand zag je al de stenige weiden op de rotsen doodlopen en hoorde je af en toe het gefluit van de marmotten. Waar het weggetje alweer was begonnen te dalen en een wilde bergbeek overstak, ben ik omgekeerd. Mission accomplished.
Wat niet onvermeld mag blijven: terwijl al jaren niemand hier kortsnavelboomkruiper meldt, heb ik die al een aantal keer toch echt gemeend te horen. Maar je twijfelt dan toch. Dus toen ik die in de afdaling opnieuw dacht te horen, even stil blijven staan en al gauw kwam er een boomkruipertje aanvliegen en kroop even vrij zichtbaar tegen de boom. Ik had het dus goed gehoord. Verder lieten de notenkrakers zich goed horen en één keer ook aardig zien, en had ik weer dichtbij mooie vlindertjes. Maar geen een die ik niet al kende, had er niet eens de identifier van Obsmapp voor nodig.
Donderdag 10 juli 2025
Meer Val Sinestra: Afscheid
Wat niet onvermeld mag blijven: terwijl al jaren niemand hier kortsnavelboomkruiper meldt, heb ik die al een aantal keer toch echt gemeend te horen. Maar je twijfelt dan toch. Dus toen ik die in de afdaling opnieuw dacht te horen, even stil blijven staan en al gauw kwam er een boomkruipertje aanvliegen en kroop even vrij zichtbaar tegen de boom. Ik had het dus goed gehoord. Verder lieten de notenkrakers zich goed horen en één keer ook aardig zien, en had ik weer dichtbij mooie vlindertjes. Maar geen een die ik niet al kende, had er niet eens de identifier van Obsmapp voor nodig.
Donderdag 10 juli 2025
Meer Val Sinestra: Afscheid
's-Charl
Een schitterende dag! Als dat ooit van toepassing is, dan vandaag. Vandaag misschien wel de mooiste wandeling gemaakt van de hele vakantie. Die begon met een spectaculaire bustocht: van onze berg af, door Sent, dwars door het dal, over de Inn heen en langs steile bergwanden en peilloos diepe afgronden en langs een wilde bergbeek omhoog diep het bergland in aan de overkant van het Inn-dal, tot aan het nietige en onbeduidende 's-Charl, op 1800 meter hoogte inmiddels. Daar begon de wandeling.
Over een breed en tamelijk comfortabel grindweggetje klommen we heel geleidelijk omhoog, langs half open arven-bossen met hun ronde boomtoppen en langs een wilde bergbeek die zich slingerde door bloemrijke hellingweiden en meestal alle stilte van de hooglanden overstemde. Om ons heen zicht op hoge en ongenaakbare, deels besneeuwde toppen. Hier beneden blauwe monnikskap, moeraskartelblad en witte nieswortel, ik noem maar wat, en geleidelijk steeds meer brede orchissen. Dat was hier de standaard-orchidee, wat een opvallend verschil is met bij ons waar massaal de bosorchissen staan. Vlak langs het pad een paar mooie sijzen. Een mooie goudvink ook. Af en toe gekrijs van notenkraker. En toen hoog boven ons, boven de hoogste hellingen een grote roofvogel. Een imposante gestalte met brede, diep gevingerde vleugels. Af en toe zichtbaar tegen de achtergrond van de bergkam toonde hij een overwegend donkerbruine verenkleed. Steenarend. Was het wéér gebeurd! Maar dat was nog niet alles. Toen ik daar even later opnieuw een grote, breed gevleugelde rover zag, zag ik ook tweekleurige vleugels: lichtbruin met donkere pennen. Dit was geen steenarend, dit was vale gier! Ik zag er nog een en nog een derde en eentje ging er in de hoge bergweide zitten. Heel ver weg maar op de een of andere manier zag ik er toch een gier in. Steenarend en vale gieren dus: dit was wel even een memorabel momentje.
Verder omhoog. Naast en onder ons kronkelde de beek door bergweiden tussen roerloze bosranden. Daarna weer door fraai half open bos. Tenslotte opende het landschap zich en betraden we de hoogste alpenweiden die glooiend opklommen naar de voet van het hooggebergte. Met gulle overvloed stegen groene hellingen op uit diepe valleien en mondden uit in grijze hoogtes, grillige bergkammen en gekliefde kale rotsen. En ver, ver boven ons plooide zich het vorstelijk kleed van de besneeuwde toppen. Het was een uitbarsting van geologische daadkracht, van exorbitant natuurgeweld. Het was een stukje paradijs op aarde. Je zou daar nog iets over willen zeggen, iet over ongereptheid en oneindigheid, eenzaamheid en verlatenheid maar de woorden schieten me niet te binnen.
Wat vogels betreft: grote lijsters, overvliegende kruisbek en witte kwikstaart. Niet voor het eerst niet echt de soorten waar je op zo’n plek op hoopt. Naar beneden voelden we de kou, want er woei een koude wind en die stond nu tegen. Zomers is het sinds gisteren niet meer. Slechts af en toe scheen op ons de zon, die wel hier en daar prachtig de sneeuwbergen belichtte.
Beneden, na een smakelijk intermezzo in een restaurantje, bij de parkeerplaats waar we waren afgezet en weer zouden worden opgehaald, nog een mooie citroensijs als toetje. Mag niet onvermeld blijven.
Aan de eettafel deelden we ‘s avonds weer elkaars ervaringen. Het is daar elke dag een beetje baas boven baas. Vandaag bijvoorbeeld vertelde Pim van haar belevenissen. Ze had weer een hoge en verre tocht gemaakt. Zoals elke dag. Da’s een echte bikkel, daarbij vergeleken zijn wij doetjes. Ik heb daar vrede mee.
Woensdag 9 juli 2025
Meer Val Sinestra: Mission accomplished
Over een breed en tamelijk comfortabel grindweggetje klommen we heel geleidelijk omhoog, langs half open arven-bossen met hun ronde boomtoppen en langs een wilde bergbeek die zich slingerde door bloemrijke hellingweiden en meestal alle stilte van de hooglanden overstemde. Om ons heen zicht op hoge en ongenaakbare, deels besneeuwde toppen. Hier beneden blauwe monnikskap, moeraskartelblad en witte nieswortel, ik noem maar wat, en geleidelijk steeds meer brede orchissen. Dat was hier de standaard-orchidee, wat een opvallend verschil is met bij ons waar massaal de bosorchissen staan. Vlak langs het pad een paar mooie sijzen. Een mooie goudvink ook. Af en toe gekrijs van notenkraker. En toen hoog boven ons, boven de hoogste hellingen een grote roofvogel. Een imposante gestalte met brede, diep gevingerde vleugels. Af en toe zichtbaar tegen de achtergrond van de bergkam toonde hij een overwegend donkerbruine verenkleed. Steenarend. Was het wéér gebeurd! Maar dat was nog niet alles. Toen ik daar even later opnieuw een grote, breed gevleugelde rover zag, zag ik ook tweekleurige vleugels: lichtbruin met donkere pennen. Dit was geen steenarend, dit was vale gier! Ik zag er nog een en nog een derde en eentje ging er in de hoge bergweide zitten. Heel ver weg maar op de een of andere manier zag ik er toch een gier in. Steenarend en vale gieren dus: dit was wel even een memorabel momentje.
Verder omhoog. Naast en onder ons kronkelde de beek door bergweiden tussen roerloze bosranden. Daarna weer door fraai half open bos. Tenslotte opende het landschap zich en betraden we de hoogste alpenweiden die glooiend opklommen naar de voet van het hooggebergte. Met gulle overvloed stegen groene hellingen op uit diepe valleien en mondden uit in grijze hoogtes, grillige bergkammen en gekliefde kale rotsen. En ver, ver boven ons plooide zich het vorstelijk kleed van de besneeuwde toppen. Het was een uitbarsting van geologische daadkracht, van exorbitant natuurgeweld. Het was een stukje paradijs op aarde. Je zou daar nog iets over willen zeggen, iet over ongereptheid en oneindigheid, eenzaamheid en verlatenheid maar de woorden schieten me niet te binnen.
Wat vogels betreft: grote lijsters, overvliegende kruisbek en witte kwikstaart. Niet voor het eerst niet echt de soorten waar je op zo’n plek op hoopt. Naar beneden voelden we de kou, want er woei een koude wind en die stond nu tegen. Zomers is het sinds gisteren niet meer. Slechts af en toe scheen op ons de zon, die wel hier en daar prachtig de sneeuwbergen belichtte.
Beneden, na een smakelijk intermezzo in een restaurantje, bij de parkeerplaats waar we waren afgezet en weer zouden worden opgehaald, nog een mooie citroensijs als toetje. Mag niet onvermeld blijven.
Aan de eettafel deelden we ‘s avonds weer elkaars ervaringen. Het is daar elke dag een beetje baas boven baas. Vandaag bijvoorbeeld vertelde Pim van haar belevenissen. Ze had weer een hoge en verre tocht gemaakt. Zoals elke dag. Da’s een echte bikkel, daarbij vergeleken zijn wij doetjes. Ik heb daar vrede mee.
Woensdag 9 juli 2025
Meer Val Sinestra: Mission accomplished
Sneeuw in de bergen
Stortbui gisteravond + veel regen afgelopen nacht + sterk gedaalde temperaturen = sneeuw in de bergen. Het uitzicht op het omringende bergland boven ons was dan ook drastisch veranderd. Voor zover dat bergland zichtbaar was althans. Dat was het aanvankelijk meestal niet maar als de bergtoppen tussen de omvangrijke wolkenvelden heen glipten, glansden de witte koppen ons toe. Prachtig was het, en op een bepaalde manier indrukwekkend. Ze leken van karakter veranderd, grimmiger, maar ook majesteitelijker, als een wispelturige elfenkoning.
Vandaag was de gevreesde regendag die we al een paar dagen hadden zien aankomen en die ondanks de onbetrouwbaarheid van de weerapps toch gekomen was. Ze hadden warempel gelijk gekregen. Overigens viel die regendag overdag erg mee: soms regende het, maar zelden hard, en soms was het droog. Wel was het een heel stuk kouder dan de afgelopen weken en voor het eerst betaalde de tactiek van veel laagjes zich uit: met T-shirt, blouse, sweater, zomerjas en regenjas over elkaar voelde ik me behaaglijk. Maar we waren er dus niet voor thuisgebleven: om een uur of twaalf waren we op weg gegaan naar Sent. We hadden de hoge route genomen: eerst zigzaggend door ons bos omhoog en daarna over het weggetje boven linksaf, eerst nog verder omhoog en daarna omlaag. Het bleek een goede keus want het was een prachtige wandeling. In de meestal druilerige regen wandelden we door steile en weelderige hellingbossen vol orchideeën en parnassia onder meer, maar ook, waar de helling even pauze had genomen, langs onder andere omstandigheden vermoedelijk idyllische bergweiden met een paar paarden erin. Alles met toenemend zicht op de besneeuwde hoogtes om ons heen. We kwamen uit op het bekende weggetje van de bus maar namen daarna nog een alternatieve route naar Sent, boven de gewone weg over fraaie alpenweiden vermengd met een netwerk van bosjes. Verderop een open bosrand waarachter zich het duistere hellingbos schuil hield, hier een familie grauwe klauwieren en voor ons Sent tegen de achtergrond van de immer imposante bergketen langs het Inn-dal.
Op dat moment werd het idee geboren om de sneeuw van dichterbij te gaan bekijken. We namen de bus naar Scuol en de gondellift dwars door een wolkenveld dat ons tijdelijk elk zicht ontnam en stonden om kwart voor 4 op de hoogvlakte, waar we nog een klein stukje omhoog wandelden. Eerst was het er nog mistig maar geleidelijk verschenen er schimmige, rijkelijk besneeuwde hoogtes en uiteindelijk stonden de hoogste sneeuwbergen glashelder voor ons. Schitterend! Als dat woord ooit van toepassing is, dan wel nu.
Om kwart over 4 namen we de lift weer omlaag.
Dinsdag 8 juli 2025
Meer Val Sinestra: s-Charl
Vandaag was de gevreesde regendag die we al een paar dagen hadden zien aankomen en die ondanks de onbetrouwbaarheid van de weerapps toch gekomen was. Ze hadden warempel gelijk gekregen. Overigens viel die regendag overdag erg mee: soms regende het, maar zelden hard, en soms was het droog. Wel was het een heel stuk kouder dan de afgelopen weken en voor het eerst betaalde de tactiek van veel laagjes zich uit: met T-shirt, blouse, sweater, zomerjas en regenjas over elkaar voelde ik me behaaglijk. Maar we waren er dus niet voor thuisgebleven: om een uur of twaalf waren we op weg gegaan naar Sent. We hadden de hoge route genomen: eerst zigzaggend door ons bos omhoog en daarna over het weggetje boven linksaf, eerst nog verder omhoog en daarna omlaag. Het bleek een goede keus want het was een prachtige wandeling. In de meestal druilerige regen wandelden we door steile en weelderige hellingbossen vol orchideeën en parnassia onder meer, maar ook, waar de helling even pauze had genomen, langs onder andere omstandigheden vermoedelijk idyllische bergweiden met een paar paarden erin. Alles met toenemend zicht op de besneeuwde hoogtes om ons heen. We kwamen uit op het bekende weggetje van de bus maar namen daarna nog een alternatieve route naar Sent, boven de gewone weg over fraaie alpenweiden vermengd met een netwerk van bosjes. Verderop een open bosrand waarachter zich het duistere hellingbos schuil hield, hier een familie grauwe klauwieren en voor ons Sent tegen de achtergrond van de immer imposante bergketen langs het Inn-dal.
Op dat moment werd het idee geboren om de sneeuw van dichterbij te gaan bekijken. We namen de bus naar Scuol en de gondellift dwars door een wolkenveld dat ons tijdelijk elk zicht ontnam en stonden om kwart voor 4 op de hoogvlakte, waar we nog een klein stukje omhoog wandelden. Eerst was het er nog mistig maar geleidelijk verschenen er schimmige, rijkelijk besneeuwde hoogtes en uiteindelijk stonden de hoogste sneeuwbergen glashelder voor ons. Schitterend! Als dat woord ooit van toepassing is, dan wel nu.
Om kwart over 4 namen we de lift weer omlaag.
Dinsdag 8 juli 2025
Meer Val Sinestra: s-Charl
Guarda
Het was tijd voor een stukje cultuurhistorie: met de trein naar station Guarda, wat op zich al cultuur was en ook leuk want al was het maar een kwartiertje, toch een stukje dwars door het Zwitserse bergland, en daarna naar Guarda geklommen en door en rond Guarda gewandeld. Niet ver en niet extreem hoog, maar wel weer erg mooi. Het was een overwegend zonnige dag met pas aan het eind van de middag een felle onweersbui waarop een regenachtige avond volgde. Maar dat deerde ons niet want toen waren we allang weer terug in ons hotel.
We begonnen toch weer met Natuur: de klim naar het stadje voerde door steile, bloemrijke bergweiden. Het was weer bepaald een uitdaging: het ging over een steil klimpaadje en in een mum van tijd hadden we 200 meter overbrugd. Maar wel een uitdaging die loonde, en niet alleen omdat we Guarda bereikten want: apollovlinder! Twee keer zag ik deze mastodont onder de vlinders langs vliegen en daarmee had ik alweer een van mijn grote wenssoorten binnen. Opvallend waren daarnaast de diverse bergfluiters die al beneden aan de helling zongen. Op zeker moment hoorde ik vier verschillende. Tot nu toe was die best lastig geweest, maar hier dus niet. Verder was het een prachtige alpenweide vol met prachtige alpenbloemen en riep in de verte af en toe grijskopspecht.
Daarna was het tijd voor Guarda. Guarda is gewoon een mooi, idyllisch dorpje. Vol met schattige huisjes en een schattig kerkje, een schattig streekmuseumpje over lokale cultuur en lokale kinderverhaaltjes, steile straatjes omhoog en omlaag en aan de muren schilderingen en reliëfs (sgraffito). Sgraffito is een techniek waarbij bovenop de grondlaag een anders gekleurde laag wordt aangebracht, waarna die nieuwe laag gedeeltelijk wordt weggekrast en er zodoende een patroon ontstaat. Guarda staat erom bekend. Cultureel erfgoed dus.
Guarda is gelegen in een soort kom in het bergland en is omringd door glooiende en af en toe bloemrijke bergweiden, waarna aan alle kanten het hooggebergte haar rechten weer opeist. Er waren zingende europese kanaries en enkele overtuigende italiaanse mussen en in de alpenweiden buiten het dorp onder andere bossen gele monnikskap met enkele blauwe ertussen. Allebei erg giftig. Ook hier zong bergfluiter. En zo sloten we toch weer af met de natuur. Terug omlaag in de bergweide was het weer een feest van apollovlinders. Eentje zat er amper enkele meters voor ons op het paadje. Zo zie je zo’n iconische soort natuurlijk het liefst.
Maandag 7 juli 2025
Meer Val Sinestra: Sneeuw in de bergen

We begonnen toch weer met Natuur: de klim naar het stadje voerde door steile, bloemrijke bergweiden. Het was weer bepaald een uitdaging: het ging over een steil klimpaadje en in een mum van tijd hadden we 200 meter overbrugd. Maar wel een uitdaging die loonde, en niet alleen omdat we Guarda bereikten want: apollovlinder! Twee keer zag ik deze mastodont onder de vlinders langs vliegen en daarmee had ik alweer een van mijn grote wenssoorten binnen. Opvallend waren daarnaast de diverse bergfluiters die al beneden aan de helling zongen. Op zeker moment hoorde ik vier verschillende. Tot nu toe was die best lastig geweest, maar hier dus niet. Verder was het een prachtige alpenweide vol met prachtige alpenbloemen en riep in de verte af en toe grijskopspecht.
Daarna was het tijd voor Guarda. Guarda is gewoon een mooi, idyllisch dorpje. Vol met schattige huisjes en een schattig kerkje, een schattig streekmuseumpje over lokale cultuur en lokale kinderverhaaltjes, steile straatjes omhoog en omlaag en aan de muren schilderingen en reliëfs (sgraffito). Sgraffito is een techniek waarbij bovenop de grondlaag een anders gekleurde laag wordt aangebracht, waarna die nieuwe laag gedeeltelijk wordt weggekrast en er zodoende een patroon ontstaat. Guarda staat erom bekend. Cultureel erfgoed dus.
Guarda is gelegen in een soort kom in het bergland en is omringd door glooiende en af en toe bloemrijke bergweiden, waarna aan alle kanten het hooggebergte haar rechten weer opeist. Er waren zingende europese kanaries en enkele overtuigende italiaanse mussen en in de alpenweiden buiten het dorp onder andere bossen gele monnikskap met enkele blauwe ertussen. Allebei erg giftig. Ook hier zong bergfluiter. En zo sloten we toch weer af met de natuur. Terug omlaag in de bergweide was het weer een feest van apollovlinders. Eentje zat er amper enkele meters voor ons op het paadje. Zo zie je zo’n iconische soort natuurlijk het liefst.
Maandag 7 juli 2025
Meer Val Sinestra: Sneeuw in de bergen

Zuort revisited
's Morgens eerst een tijdje doorgebracht bij de sneeuw langs het weggetje boven het hotel. Weer vergeefs op grote ijsvogelvlinder gewacht. Wel onder andere bleek blauwtje, matkop, twee raven en twee rotszwaluwen die achter twee raven aanjoegen. Er was overigens veel minder sneeuw dan een week geleden, maar dat sneeuw in de zomer smelt, mag natuurlijk geen verbazing wekken.
Daarna een herhaling, want zonder bustochtje zijn de mogelijkheden hier beperkt en vandaag geen bustochtje dus met onder andere een paar nieuwe (Pim en Helene, allebei vrouw moet ik daarbij zeggen; de eerste contacten zijn dus alweer gelegd) en oude (Ingrid) hotelgasten de wandeling naar Zuort gemaakt. Over de klimpaadjes door het hellingbos, over de twee hangbruggen en over de alpenweide naar dat bijna onwerkelijke paradijsje uit een reclamefolder van het Zwitserse toeristenbureau. Overwegend als een paar dagen terug, met volop zon maar met net wat meer dreigende wolkenvelden boven de bergen en zelfs een buitje tijdens het terrasje met apfelstrudel. Wat nieuw was: mountainbikers die ons passeerden, ook over de klimpaadjes in het steile hellingbos. Die moesten dus ook op de fiets langs die smalle richeltjes waar wij voetje voor voetje langs de kale rots schuifelden. We konden het nauwelijks geloven. Nou ja, zelf weten.
Ook de terugweg hetzelfde, over de fraaie venige helling, over hetzelfde weggetje dat verderop weer langs de sneeuw voert, en over dezelfde zigzagafdaling door het steile bos afgedaald naar ons hotel. Onderweg onder andere rotsvlinder. En gepauzeerd op een bankje waar Obsmapp een grote parelmoervlinder vaststelde en een spannende, harige drol lag waarop de vlinders wel leken vastgeplakt. Ze lieten zich tot op een decimeter benaderen dus dat was makkelijk scoren met Obsmapp. Die wist vijf soorten te onderscheiden: bos- en woudparelmoervlinder, klaver- en vals bruin blauwtje en grote erebia. Verderop bij de sneeuw nog een massa blauwtjes plus een paar spikkeldikkopjes die Obsmapp wist te determineren als groot spikkeldikkopje. Het was met twee lifers dus niet alleen maar een herhaling geweest.
Zondag 6 juli 2025
Meer Val Sinestra: Guarda
Daarna een herhaling, want zonder bustochtje zijn de mogelijkheden hier beperkt en vandaag geen bustochtje dus met onder andere een paar nieuwe (Pim en Helene, allebei vrouw moet ik daarbij zeggen; de eerste contacten zijn dus alweer gelegd) en oude (Ingrid) hotelgasten de wandeling naar Zuort gemaakt. Over de klimpaadjes door het hellingbos, over de twee hangbruggen en over de alpenweide naar dat bijna onwerkelijke paradijsje uit een reclamefolder van het Zwitserse toeristenbureau. Overwegend als een paar dagen terug, met volop zon maar met net wat meer dreigende wolkenvelden boven de bergen en zelfs een buitje tijdens het terrasje met apfelstrudel. Wat nieuw was: mountainbikers die ons passeerden, ook over de klimpaadjes in het steile hellingbos. Die moesten dus ook op de fiets langs die smalle richeltjes waar wij voetje voor voetje langs de kale rots schuifelden. We konden het nauwelijks geloven. Nou ja, zelf weten.
Ook de terugweg hetzelfde, over de fraaie venige helling, over hetzelfde weggetje dat verderop weer langs de sneeuw voert, en over dezelfde zigzagafdaling door het steile bos afgedaald naar ons hotel. Onderweg onder andere rotsvlinder. En gepauzeerd op een bankje waar Obsmapp een grote parelmoervlinder vaststelde en een spannende, harige drol lag waarop de vlinders wel leken vastgeplakt. Ze lieten zich tot op een decimeter benaderen dus dat was makkelijk scoren met Obsmapp. Die wist vijf soorten te onderscheiden: bos- en woudparelmoervlinder, klaver- en vals bruin blauwtje en grote erebia. Verderop bij de sneeuw nog een massa blauwtjes plus een paar spikkeldikkopjes die Obsmapp wist te determineren als groot spikkeldikkopje. Het was met twee lifers dus niet alleen maar een herhaling geweest.
Zondag 6 juli 2025
Meer Val Sinestra: Guarda
Abonneren op:
Posts (Atom)